Huismuis, veldspitsmuis en bosmuis
Gisteren stond mijn dochter bij ons thuis in de keuken. “Pap, pap kom kijken!” Ze wees door het raam naar de pindasilo in de voortuin. In prachtig tegenlicht zat daar een huismuis op klaarlichte dag te snoepen van de pinda’s die toch echt voor de kool- en pimpelmezen waren bedoeld. Maar ja, een huismuis is een opportunist. Niet voor niets kiest hij zijn leefgebied dicht bij mensen. En in deze tijd waarin we veel in en om ons huis zijn, valt elke medebewoner van dit leefgebied ons op. Kijkend naar de muis besefte ik dat hij wel een ‘buitenhuismuis’ moest blijven. Er zijn immers grenzen aan hoe we rond ons huis gezond met elkaar kunnen samenleven.
Veldspitsmuis op het menu
Vandaag staat weer een mooie fietstocht op het programma. Dat binnen zitten is voor een boswachter frustrerend en daarin ben ik niet de enige. Af en toe moet ik er uit voor een frisse neus. De drukkere paden in onze veenweidegebieden mijdend, zoef ik door de velden. Veel weidegebieden zijn stil en strak groen. Andere kleuren paars van de pinksterbloemen. Ik hoor weidevogels de kraaien en roofvogels van het veld jagen. Laat die zich maar storten op de veldspitsmuizen. In deze laatste weidegebieden waar wij mensen voedsel produceren, is ruimte voor de dieren en planten waarmee we op een gezonde manier samenleven. Maar in die stille, strak groene gebieden is het maar de vraag of het nog zo gezond is voor dieren en planten, maar ook voor mensen. De veldspitsmuizen hebben het daar als insecteneters pur sang bijvoorbeeld lastig. Steeds minder insecten vliegen in mijn oog, tegen mijn helm, of zoemen heerlijk langs.
Werken in het huis van de bosmuis
Komende week staat een werkbezoek aan een bosgebied op het programma. Door de essentaksterfte dreigt in één keer een flink deel van de bomen af te sterven. Staatsbosbeheer wil dit leefgebied voor nu en in de toekomst behouden. Het bos zit boordevol natuur, heeft een paalkampeerplaats (nu helaas gesloten) en veel mensen genieten er van een blokje om. Maar ook is het een plek waar we hout produceren voor de vraag naar duurzaam Nederlands fsc-hout. Staatsbosbeheer levert aan de Nederlandse houtmarkt, maar brengt zelf ook hout op de markt als Hollands Hout. Van oudsher is dit een productiebos waar maar een paar soorten bomen te vinden zijn. En hoe soortenarmer, hoe kwetsbaarder voor bijvoorbeeld ziekten. Mijn bezoek zal wel een paar uur duren. Het gebied zit vol geschiedenis en is het thuis van geweldige dieren en planten. We zullen dus zorgvuldig om moeten gaan met het beheer van dit natuurgebied dat aan onze zorg is toevertrouwd. Mensen zijn hier te gast en we plukken vruchten van deze natuur als dat kan. De bosmuis is namelijk van dit plekje afhankelijk voor zijn voortbestaan, dus dit bos blijft bos. Sterker nog, door nieuwe inzichten in het bosbeheer planten we meer soorten in en wordt het bos nog rijker aan soorten.
Staand in een traditie kijkend naar de toekomst
In de afgelopen decennia hebben we geleerd van onze voorgangers. Nu werken wij aan een bos waarmee de boswachters die na ons komen duurzaam verder kunnen. Plots vraag ik me af of er nog andere beroepen zijn waarbij je zover terug gaat en zover vooruit kijkt. De bomen die we planten nadat we hier deze nazomer klaar zijn, zullen namelijk pas wijken over dertig, soms zelfs honderd jaar. Maar goed, vanochtend eerst maar eens met het gezin nadenken over onze toekomst en die van onze huismuis.
Dit blog verscheen eerder op www.toeractief.nl
geef een reactie
Gemma Kras
leuk om duidelijk het verschil van huismuis en bosmuis te zien!!