www.boswachtersblog.nl/ Texel

Geluiden boven Texel

14 december 2018 Boswachter Dick Schermer in Texel

Rond deze tijd vliegen er iedere ochtend en avond ganzen in de lucht. Dat doen ze heel luidruchtig in grote groepen. ‘s Ochtends zoeken ze een plek op om te eten: grasvelden, akkers met resten van suikerbieten en soms ook kwelders. Op de eetplek houden ze met rustig gesnater contact met elkaar. Na een dag eten zoeken ze in de avond weer een rustig gebied om te slapen zoals in de Geul- of de Muyplas. Dan vliegen ze op met veel kabaal en gaan de ganzen in kenmerkende v-formaties naar de slaapplaats toe.

Er zijn op dit moment verschillende soorten ganzen op Texel en dat is te horen. Brandganzen klinken als het geblaf van schoothondjes en het schrille gekef van een aantal terriërs. Kolganzen roepen een beetje giechelend: ‘kjiew-kjiew’, ‘kliek-kliek’ . Geluiden van grauwe ganzen en rietganzen lijken op elkaar: de klank van rietganzen is wat muzikaler:’ ung-ungk’ en ‘kajajak’ dan het typische gegak van grauwe ganzen: ‘aaang-ang-ang’. Rotganzen tenslotte roepen met ‘rot-rot -rot’ hun eigen naam. De kleine zwanen die hier in groepjes van oktober tot januari zijn maken prachtige, melancholieke ‘hoe-hoe’ klanken.

Zoevende veren

knobbelzwanen

Er zijn niet veel knobbelzwanen op Texel. Hier en daar zit er wel eens eentje. Heel soms komt er een hele groep aanvliegen van de overkant en die zijn dan goed hoorbaar. De vleugels van deze zware vogels maken tijdens iedere vleugelslag een indrukwekkend zoevend geluid wat op vrij grote afstand te horen is.

Soms komen op grote hoogte trekkende steltlopers zoals rosse grutto’s, zilver- of goudplevieren langs. Bij een geschikte rustplek, zoals de Slufter of de Mokbaai strijken ze plotseling neer. Zij gaan soms in de vrije val naar beneden en gebruiken dan de vleugels om bij te sturen, waardoor ze een geluid als een windvlaag maken. Heel bijzonder om te ervaren. De grootste kans om dit mee te maken is bij de uitkijkpost van de Slufter bij de Oorsprongweg.

Het geruis van de branding

Op het strand net voor de branding lopen vaak drieteenstrandlopertjes. Het zijn die kleine vogeltjes die met de golven mee rennen op zoek naar wat eetbaars. Als zij ineens moeten opvliegen doordat een wandelaar te dicht bij is, zullen zij een schril geluidje laten horen. Zelfs bij een wilde branding is hun hoge geluid nog goed hoorbaar boven de omslaande schuimkoppen.

Het is bij rustig weer goed te horen aan de branding welk getij het is. Met opkomend tij slaan de golven met meer energie om en maken dus meer geluid dan bij afgaand tij. Dit verschil is bij harde wind niet te horen: overal zijn dan klotsende golven.

Bij windstil weer is het geluid van de branding niet alleen in de buitenste duinenrij maar soms ook verrassend ver in de duinen te horen. De geluidsgolf kromt zich over het buitenduin en komt op een verder gelegen plek aan. In het tussengelegen deel echter , in ‘de geluidsschaduw’ – in wat diepere dalen in het duin – is dan opeens niets te horen.

 

reageren

geef een reactie

  • FilmFabriekGroningen
    15 december 2018 om 00:31

    mooi blog. jammer van die knobbelzwanen. op Lauwersoog zijn wilde zwanen, zijn die ook op Texel?

    • Boswachter Dick Schermer
      20 december 2018 om 15:07

      Beste mensen,
      Op Texel zijn soms wilde zwanen. Dit najaar was er een familie maar er zijn ook jaren dat ze er niet zijn.
      groeten Dick

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog