Wintergroen in het Nationaal Park Duinen van Texel
Er groeien veel bijzondere planten in het Nationaal Park Duinen van Texel enkele hebben het zelfs tot straatnaam op Texel gebracht, zo is in De Koog het Wintergroen te vinden. Op Texel komen twee soorten wintergroen voor; rond wintergroen en klein wintergroen.
Groeiplaatsen
Rond wintergroen komt het meest voor van deze twee. Beide soorten zijn op Texel op twee soorten groeiplaatsen te vinden; in natte duinvalleien en soms op noordhellingen van hoge duinen. Het zijn bosplanten, meestal van naaldbos, maar op Texel zijn ze vooral in het lage kruipwilgenbos te vinden. Een bos dat meestal veel lager blijft dan twee meter. Vooral kruipwilgstruweel in de natte duinvalleien waarin het afgevallen blad regelmatig met een beetje zand wordt overstoven heeft de voorkeur. De wisselende grondwaterstanden in de duinvalleien bevorderen de vertering van het blad van de kruipwilg in een deel van het jaar. Er is daardoor zowel sprake van opbouw van een humuslaag als van vertering in combinatie met lichte overstuiving en dit in een hoge luchtvochtigheid is ideaal voor wintergroen. De noordhellingen van de duinen lijken in eerste instantie een heel ander milieu, ver boven het grondwater. Doordat een noordhelling nooit in de volle zon komt te staan is het verschil minder groot dan het in eerste instantie lijkt. Het wordt er niet echt heet. Zoals op een zuidhelling waar de zon echt op kan staan te branden, daar kan de temperatuur oplopen tot boven de 50 graden. Meer planten die je in duinvalleien zou verwachten kunnen hier groeien, de humuslaag kan vocht worden vastgehouden van water dat langs de helling naar beneden stroomt. Ook minder zeldzame planten van een wat vochtiger milieu kunnen hier groeien, zoals het paarsbloeiende brunel.
Zelf zien en herkennen
Langs de wandelroute door de Horspolder zijn beide soorten in de berm van het pad goed te bekijken. Rond wintergroen dankt de naam aan de min of meer ronde vorm van de bladeren. De bloemen zijn roomwit, redelijk groot en gaan tijdens de bloei mooi open staan. De stijl steekt uitgegroeid ver uit de bloem en heeft een S-vormige kromming. Ze bloeien van mei tot in oktober, dat geeft ons dus veel tijd van deze plant te genieten. Van het klein wintergroen zijn de bloemen relatief klein. Tijdens de bloei blijven ze bijna gesloten en de rechte stijl steekt minder uit en de S-vormige kromming ontbreekt. De bloemen zijn wit met een roodzweem. Het voorkomen van klein wintergroen is in Nederland nagenoeg beperkt tot de duinen van het Waddengebied. De bestuiving van wintergroen vindt vooral door vliegen plaats.
Luchtzakje en schimmel
Het zaad van wintergroen is stoffijn zoals bij orchideeën. Het weegt maar 4 microgram en heeft een luchtzakje. Het zaad wordt dus makkelijk ver door de wind verspreid. Dat wintergroen niet op veel plaatsen voorkomt komt doordat de levensomstandigheden vaak niet goed zijn. Hierbij heeft wintergroen net als orchideeën de aanwezigheid van de juiste schimmels in de bodem nodig. Doordat de bladeren in de winter groen blijven zijn de groeiplaatsen in de herfst relatief eenvoudig op te sporen wanneer veel andere planten hun blad verliezen of verdorren.
Boswachter Erik van der Spek
geef een reactie
marijke duin
Ik woon nu in Belgie. En vind muskuskruid in een bronbosje. Prachtig.
Ik lees dat het ook op Texel groeit.
Klopt dat?
Deze zomer kom in weer naar Texel, en ben benieuwd of ik het daar zal kunnen vinden.
Bent u er bekend mee? Waar het groeit?
Een vergelijkbare habitat als een bronbosje kan ik me niet herinneren van Texel.
Vriendelijke flora groet,
Marijke Duin