www.boswachtersblog.nl/ Texel

Verslag van boswachter Dick Schermer 2e helft april

2 mei 2016 Boswachter Erik van der Spek in Texel
voorjaarsmoriele foto: Dick Schermer
voorjaarsmoriele foto: Dick Schermer

Het is goed te merken aan de vogels dat het te koud is voor de tijd van het jaar. Een aantal vogels zingen nog marginaal en in minder grote dichtheden dan normaal is in deze tijd: nachtegaal, grasmus, rietzanger, koekoek en tuinfluiter zijn nog maar sporadisch gehoord. Er zijn wel veel beflijsters waargenomen. Kieviten lopen nu vaak met jonkies en de eerste eidereenden broeden nu.
De planten lijken ook niet op te schieten maar schijn bedriegt: ineens bloeien er veel duinpaardebloemen; ineens is er Engels gras en Engels lepelblad in de Slufter. En als je goed kijkt zie je ruw vergeet-mij-nietje, lathyruswikke, driekleurig viooltje en klein tasjeskruid en het vroegerlingetje is alweer uitgebloeid. Het als zeldzaam bekend staand dwerggras groeit massaal in het noordelijk deel van de buitenduinen van de Slufterbollen tot de zuidelijke kop van de Slufter, in de noordelijke kop van de Slufter en in de buitenduinen noordelijk van het Alesiapaadje bij de Bleekersvallei. In de Muy bloeit de kleine valeriaan. In de Slufter zijn de kiemplantjes van zeekraal te vinden en in het Duinpark de kiemplantjes van klein zonnedauw.
Insecten reageren heel snel op zonlicht: op zandige stukjes zijn bastaardzandloopkevers te vinden en de bloeiende wilgen zitten vol met allerhande hommel- en bijensoorten. Heel leuk zijn de doornsprinkhaantjes op natte oevers. Deze vroege sprinkhaantjes springen als kikkers weg in het water en lopen dan via de oppervlaktespanning weg naar de oever. De vlinders laten zich nog maar sporadisch zien: alleen op 13 april een citroenvlinder in de luwte van de Buitenmuy. Met mooi weer zitten de rupsen van de bastaardsatijnvlinders te zonnen op de spinsels.
In de Slufterkreken spoelen oorkwallen en ribkwalletjes binnen .

kiemende kleine zonnedauw, foto: Dick Schermer
kiemende kleine zonnedauw, foto: Dick Schermer
Aalscholvers
De aalscholvers in de Geul en de Muy heb ik geteld: eigenlijk is inschatten een beter woord want niet alle nesten zijn vanaf de kant zichtbaar. In de Muy wordt het bos waarin de aalscholvers zitten steeds ijler door de de mest van de aalscholvers: ik kwam op 1080 nesten. Het merendeel zijn op dit moment grondnesten. De aalscholvers in de Geul zijn veel moeilijker te tellen doordat er steeds meer in het achterste deel gaan zitten. Ik kwam op 850 zichtbare nesten maar een deel kon ik niet inschatten: de vliegtuigfoto’s binnenkort van de lepelaars wil ik gebruiken om het exacte aantal daar te bepalen. De lepelaars in de Geul broeden aan weerszijden van de groene route.

ballon

Een slag door de Eierlandse Duinen leverde een flinke zak aan ingewaaide troep op. Veel van dat materiaal zijn met helium gevulde ballonnetjes van de firma Qualatex. Veel van deze ballonnen hebben de oorsprong in Engeland getuige de vaak Engelse opschriften.
Verwildere katten worden bijna iedere dag wel waargenomen en doorgegeven: in een van de keutels in de Lange Dam vond ik de resten van een noordse woelmuis.
Bijzondere waarnemingen: 22 april een klapekster in de Hanenplas, 24 april een mannetje zomertaling in de duinrel bij Akiab.

Boswachter Dick Schermer

reageren

geef een reactie

  • Texel island wildlife update | Dear Kitty. Some blog
    2 mei 2016 om 16:30

    […] Texel wildlife in April 2016: here. And here. […]

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog