Tapuit doet het op Terschelling wél goed
Wanneer je van april tot en met oktober door het duingebied loopt of fietst zie je vaak een vogeltjes voor je uit vliegen met een opvallende witte vlek boven hun staart. Dit zijn tapuiten die in het voorjaar en najaar langs trekken. Een klein deel blijft in de zomer hier om te broeden. Dat aantal is op Terschelling de afgelopen jaren flink toegenomen, geheel tegen de landelijke trend in. Doordat Staatsbosbeheer steeds grotere stukken van het duingebied laat begrazen door vee is de plantengroei veranderd, ten gunste van de Tapuit.
Landelijk is de Tapuit met zeker 90% afgenomen ten opzichte van de jaren 70, terwijl op Terschelling het aantal bijna is verdubbeld. Onze duinen zijn daarmee een positieve uitzondering, zoals bleek op de themadag Tapuit van de Vogelbescherming op 29 november in Castricum. Collega Freek Zwart gaf hier een lezing over het begrazingsbeheer dat wij op onder andere de Landerumerheide voeren. Uit onderzoek blijkt dat er in 2012 op Terschelling zeker 45 broedparen broedden, bijna allemaal in begraasde gebieden en samen goed voor zo’n 15% van alle Nederlandse broedgevallen.
Door de begrazing, grotendeels met paarden van eilanders, verandert de plantengroei. Struiken en dikke pakketten gras worden opgevreten met als resultaat dat er meer bloemdragende planten gaan groeien en er meer open plekken met kaal zand ontstaan. Deze variatie in plantengroei is goed voor de Tapuit. Er komen meer insecten voor die als voedsel kunnen dienen en door het open zand neemt het aantal konijnen toe. De Tapuit broedt in oude konijnenholen en is daarom gebaat bij een goede konijnenstand.
De komende jaren is het wel zaak dat de variatie in plantengroei in stand blijft en dat het duingebied daarnaast geschikt blijft voor andere typische duinplanten en –dieren. Het blijft dus zoeken naar het juiste evenwicht in de duinen.
geef een reactie
Terschelling island wheatears helped by horses | Dear Kitty. Some blog
[…] Joeri on Terschelling reports that his island is an exception to […]