50 jaar later: omslag in denken
Een jubileum. Vorige week, exact vijftig jaar geleden, struinde Jan Wolkers over het eiland. Godfried Bomans’ avontuur was net voorbij. De afgelopen halve eeuw vond in de Waddenzee een groene revolutie plaats. Tijdens het bezoek van de schrijvers was Rottumerplaat nog een werkeiland, bedoeld om de Waddenzee in te polderen. Nu is het een internationaal befaamd natuurgebied, een Werelderfgoed en krijgt de natuur de vrije hand.
Rottumerplaat staat bekend als hét eiland waar de natuur de baas is. Kustvogels krijgen volop de ruimte en zeehonden mogen ongestoord hun jongen grootbrengen. Toch speelt de mens hier een cruciale rol. De rechte stuifdijk, met drie knikken erin, vormt de ruggengraat van het eiland. Die stuifdijk kwam hier niet vanzelf. Hij is door mensenhanden aangelegd. Toen de duinarbeiders in 1953 arriveerden, troffen ze een kale zandplaat aan. Vandaar de naam, Rottumerplaat. Met man en macht transformeerden ze de plaat in een eiland. Met een stevige stuifdijk, waar in de luwte een groene kwelder kon ontstaan.
Ambitie: inpolderen Waddenzee
In die tijd draaide Rottumerplaat niet om de natuur, zoals nu. Verre van dat. Het was een werkeiland. Met als doel het inpolderen van de Waddenzee. In onze woonkamer hangt een prachtige wandkaart van de Waddenzee uit de jaren zestig. Een stippellijn geeft aan waar de Lauwerszee, inmiddels al lang het Lauwersmeer, wordt afgesloten. Rottumerplaat staat er ook op, als een langgerekt eiland. De kaart toont de strijd van de mens tegen het water. De Waddennatuur was destijds iets om te bedwingen. Op de bodem van de Waddenzee moesten aardappels groeien. En gezien alle historische inpolderingen op de kaart waren we al een eind op weg.
Planten van helmgras
Op Rottumerplaat maakten duinarbeiders van Rijkswaterstaat de dienst uit. Egbert Bakker was één van hen. We zien hem hier dagelijks. In de woonkamer hangt prominent een portret van hem. In 1971 zette Egbert, nu 76 jaar, voet op het eiland. Hij zou hier veertig jaar blijven werken. Maandag op, vrijdag af. Nu woont hij in Noord-Groningen, in het dorp Uithuizen, waar we hem bellen. “Toen ik op het eiland kwam, lag de stuifdijk er al. Onze hoofdtaak was het onderhouden en uitbreiden van de dijk. We plantten helm, legden betonmatten aan en plaatsten schermen van wilgentenen zodat het zand zou blijven liggen”, vertelt hij. Later werd Egbert shovelmachinist en vervolgens medewerker technisch beheer en toezichthouder.
Sfeer uit jaren vijftig
Op het moment dat Wolkers en Bomans hun avonturen op het ‘onbewoonde’ eiland beleefden, waren de duinarbeiders twee weken op zomervakantie. De oranje tent stond een paar honderd meter van de behuizing, waar we als vogelwachters verblijven. Met z’n zevenen sliepen ze hier, met veertien man wanneer ook de duinarbeiders van buureiland Rottumeroog tijdelijk introkken. Het interieur ademt nog altijd de sfeer van de jaren vijftig. Met bruingele gordijnen en versleten bruine Gispen-stoelen. Aan ruimte geen gebrek. We hebben een recreatiezaal, een eetzaal en maar liefst tien slaapkamers tot onze beschikking. “Ik sliep in de eerste kamer aan de linkerkant”, vertelt Egbert.
Expositie ‘Rottumerplaat, 50 jaar later’
Laatst kregen we fotograaf Harry Cock op bezoek. Zijn foto’s maken tot de herfstvakantie deel uit van de expositie ‘Rottumerplaat, 50 jaar later’ over Wolkers en Bomans. Samen met werken van kunstenaars Babette Rijkhoff en Fieke Gosselaar. De expositie hangt in het Spijslokaal van het Openluchtmuseum Het Hoogeland in Warffum. Alleen Harry’s foto’s zijn een bezoek al meer dan waard. Hij weet de oubollige sfeer in het huis en de weidsheid van het eiland treffend in beeld te vangen.
Nieuwe inzichten
Tijden veranderen. Over de Waddennatuur vond een omslag in denken plaats. De natuur steeg in aanzien en het besef ontstond dat de Waddenzee van onschatbare waarde is voor vogels, vissen en zeehonden. In plaats van beteugeld en ingepolderd krijgt de Waddennatuur nu een duw in de rug. Toch ging pas in 1984 definitief een streep door het inpolderplan. Begin jaren negentig volgde het besluit om Rottumerplaat en Rottumeroog aan de natuur over te laten. “We stopten opeens met het duinonderhoud”, vertelt Egbert.
Afslag van stuifdijk
Egbert maakte de omslag van nabij mee. Wat hij en zijn collega’s hadden opgebouwd en in stand gehouden, werd vervolgens door het wassende water weer afgebroken. Jaar op jaar kalfde de lange stuifdijk af, de afgelopen elf jaar verdween bijna driehonderd meter in zee. Verleden jaar 22 meter, volgens ons recente gps-punt. Ook de harde constructies brokkelden af. Het puin kwam overal te liggen. Egbert zag de afslag met lede ogen aan. “Persoonlijk vind ik het wel jammer. Aan de westzijde is al bijna drie kilometer van het eiland weg.” Toch verdwijnt zand niet, stellen morfologen, het verplaatst. Ten noorden en zuiden van de stuifdijk liggen inmiddels nieuwe duinen, deels opgebouwd uit stuifdijkzand. Het eiland blijft in beweging. Aan de noordoostzijde groeide een zandbank in twee jaar tijd negenhonderd meter aan. Afkalven én aangroeien gaan hier hand in hand.
Cultuurhistorische relicten
Sporen van de strijd tegen het zee komen we overal op het eiland tegen. Als cultuurhistorische relicten die ons herinneren aan vervlogen tijden. Aan de westzijde, waar ooit de stuifdijk lag, zien we sprieten van Egberts rijshoutschermen uit het strand steken. Aan de andere zijde, bij de behuizing, liggen nog altijd negen puindammen. De karakteristieke rode stenen, typisch voor de Groninger klei en baksteenindustrie, komen van afgebroken Noord-Groningse gebouwen. Ironisch is dat de sternenkolonie op dit natuureiland het puin verkiest om op te broeden. Daar zitten ze immers hoger en droger. Op de betonmatten passen de eieren van sterns, scholeksters en bontbekplevieren precies in de kuiltjes. Alsof de matten ervoor gemaakt zijn.
Eigen pad bewandelen
Een relict staat achter het huis: een spoorrail, die nu onze waslijn overeind houdt. Op het eiland reed een treintje. Egbert: “Dat was al voor mijn tijd. Het spoor lag onderaan de stuifdijk aan de zuidzijde om zand naar de eerste knik te brengen. Daar was een stuk van de dijk weggespoeld.” Zou dat nu weer gebeuren, dan wordt het ontstane gat niet met zand opgevuld, maar heet het een washover. Een natuurlijk proces, dat hoort bij een dynamisch eiland dat nu haar eigen pad mag bewandelen.
geef een reactie
Theo Zuur
https://www.youtube.com/watch?v=neFMunVEE8E
Robin van Dijk
Een mooi verhaal over doen en vooral laten van de mens in onze veranderende relatie met de natuur.
Ik hoop dat wij als welvarend landje steeds meer van zulke voorbeelden durven te laten zien. Want hoe gemakkelijk is het om te verwachten van landen als Brazilië dat ze hun natuur ongemoeid moeten laten terwijl onze oerbossen al lang verdwenen zijn.
Het mooie van natuur (dat wat spontaan ontstaat) is dat het altijd weer de draad op kan pakken wanneer het hiervoor van ons de ruimte krijgt.
Els
Zo’n verhaal roept veel herinneringen op, ook aan Egbert. Als vrijwilliger van de Stichting Vrienden van Rottumeroog en Rottumerplaat. bij werkweken of dagen, oa op Rottumerplaat, hem regelmatig meegemaakt. Een bijzonder mens op een bijzondere plek. Alles wordt anders, het wad ook, het blijft boeiend
Aa rt
Wat een intressant en leuk opgeschreven verhaal Addo!
Wim Weijman
Goed om hierbij stil te staan, de cultuurhistorie van plaat i.r.t. onstane natuurwaarden.
MollyVerhoeff
Wat heb ik hier weer van genoten. Zoveel informatie! Dank je wel.
Theky Grol
Interessant om te lezen!
Theo Zuur
De expansie van de kunstmatige mens is nog altijd grenzeloos. Zie de Noordzeemolens en zie de denkbeelden; als compensatie van de uitbreiding Eemshaven, wil de nieuwe generatie boeren weer het Wad inpolderen.
theozuur.naturistwadloper@yahoo.nl
Rafaella
prachtig weer, heel boeiend geschreven :-))
kaes fielmich
dank voor de regelmatige update, kars fielmich