Rottumerplaat tijdens de hittegolf
Tropische temperaturen in Nederland, meldt de radio op Rottumerplaat dagelijks. De vogelwachters horen presentatoren weersverwachtingen van dertig graden tot meer dan 35 graden uitspreken. Dat is toch al gauw vijf tot tien graden hoger dan de hoogste temperaturen die de thermometer op het noordelijkste Waddeneiland van het land de tweede helft juli bereikt.
Maar droog is het ook op Rottumerplaat net als in de rest van Nederland. Ook hier heeft het deze zomer niet of nauwelijks geregend. De grote vijver bij het vogelwachtershuis, waar onze voorgangers nog wel eens een ijsvogel van hebben gemeld, staat leeg. De waterrallen die van Rottumerplaat bekend zijn, zullen deze zomer tevergeefs naar zoet water op het eiland zoeken.
Stamgasten
De droogte en de hitte maken dat de dagelijks bijgevulde drinkbak, een afgedankte gietijzeren schaal, gretig aftrek vindt bij de vogels. Op twee meter van het raam van het vogelwachtershuis verdringen zich de bij het huis broedende boerenzwaluwen en witte kwikstaarten zich in familieverband bij de bak om te drinken en uitgebreid te badderen. De families kneu die rond het huis broeden, zijn ook stamgasten.
Onder de badgasten bij de zoetwaterbak duikt regelmatig een mannetje rouwkwikstaart op. Die wordt al de hele maand juli gezien. Een overzomeraar dus. Dat komt van deze noordelijke kwikstaartensoort niet vaak voor in Nederland. Iedere ochtend en avond komen ook een fitis en een tjiftjaf zoet water nippen. Ze zijn duidelijk schuwer dan de andere drinkers. Zij badderen niet uitgebreid maar dippen hooguit even in het water om daarna zo snel mogelijk weer in de struiken te verdwijnen.
Familie zwarte roodstaart
De drinkbak trekt ook een enkele spreeuw en soms een graspieper aan. Bijzondere bezoekers aan de drinkbak vormen ook de leden van een familie zwarte roodstaart. Dat is in West-Europa eigenlijk een stadsvogel. Zonder de verdragende schokkerige zang waarmee deze soort in de stedelijke steenwoestijnen zijn territorium afbakent, lijkt de zwarte roodstaart net als vorig jaar dit jaar succesvol rond het vogelwachtershuis te hebben gebroed. Behalve de volwassen vogels vliegen minstens drie uitgevlogen jongen rond het huis en de drinkbak.
Koninginnepage
Voor de insecten op het eiland zijn de weersomstandigheden ideaal. Op onze rondes zagen we 16 juli een koninginnepage. Een prachtige vlindersoort die in Nederland weinig wordt gezien, maar dit jaar veel wordt gemeld in het land. Als we het overzichtswerk Fauna van Rottum van Mark Zekhuis en Nico de Vries raadplegen, moet dit de eerste waarneming van een koninginnepage op Rottumerplaat zijn geweest.
Op de Zuidkwelder zien we regelmatig de vertederende kleine vuurvlinders. Er vliegen veel heivlinders, hier en daar een icarusblauwtje en we zien onder meer ook een zwartsprietdikkopje en citroenvlinder. Binnenshuis loopt opeens een wijsvingergrote grote groene sabelsprinkhaan.
Waterschaarste is op een eiland natuurlijk een relatief begrip. We zijn omgeven door zout water, dat tweemaal daags ook nog eens grote delen van de kwelders onder zet. Bij de tellingen van de hoogwatervluchtplaatsen van vogels zien we tussen de paar duizend scholeksters en wulpen de eerste groepjes bonte strandlopers en een enkele kanoet, regenwulp en krombekstrandloper terugkeren uit het hoge noorden. De zomer is voor hen alweer voorbij.
Noordse sterns
Het springtij van dinsdag 17 juli was nog bijna te veel water voor het verdroogde land. Op de strekdammetjes voor het huis op Rottumerplaat broedt een kolonie noordse sterns samen met een tiental paar kokmeeuwen, een paartje scholekster en een paartje bontbekplevier.
Vooral de noordse sterns zoeken altijd de risicogrens op met de keuze van hun nestlocatie. Echte thrillseekers. Het hoogwater kwam bij springtij tot pal aan hun nestkuiltjes. Maar hoera, ze hebben het vrijwel allemaal overleefd. Na het hoogwater telden we nog 27 van de 29 paartjes broedende Noren die we een dag eerder hadden geteld. De meesten hebben nog eieren, maar na het hoogwater zagen we ook een tiental pulli. Een feest om te zien. Het is laat, maar dit broedseizoen lijkt voor de noordse sterns op Rottumerplaat toch succesvol te worden.
Goed broedseizoen
Een goed broedseizoen lijkt dit jaar ook te worden voor de scholeksters, zilvermeeuwen en kleine mantelmeeuwen van het eiland. Vorig jaar en afgelopen voorjaar hebben onderzoekers tientallen scholeksters op Rottumerplaat van kleurringen voorzien. Dat maakt deze vogels van een afstand vrij eenvoudig individueel herkenbaar. Daardoor kan nu het broedsucces per afzonderlijk paartje scholeksters worden gevolgd. Een eerste voorlopige conclusie die nu al valt te trekken, is dat ze grotendeels nageslacht hebben weten te produceren. Dat geldt ook voor de grote meeuwen. In de meeuwenkolonies zitten honderden vliegvlugge jongen.
Aielle Erens, René Vos en Vasco van der Boon
geef een reactie