Gastblog: Een globetrottertje van Rottumerplaat
Vogelwachters Bart en Doortje nemen voorlopig afscheid van ons in hun laatste gastblog van dit seizoen, over de kampioen van de lange-afstandstrek: de Noordse stern.
“In ons weblog ‘Babyspreekuur op Rottumerplaat’ van 18 juli 2016 beschreven we hoe we er op 25 juni 2016 in slaagden een Noordse stern terug te vangen met een geolocator, en dat we moesten afwachten wat er aan interessante gegevens uit deze locater zouden komen. Het heeft wél even geduurd, omdat Maarten Loonen van het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen die dit project leidt, zelf op Spitsbergen was om daar Noordse sterns te vangen. Naast de Eemshaven plaatst hij ook op Spitsbergen (78 ° Noorderbreedte) geolocators op deze vogels. Deze kampioen van de lange-afstandstrekkers broedt immers in de poolstreken en heet niet voor niets Noordse stern. Nederland ligt helemaal op de zuidgrens van het eigenlijke broedgebied.
Hoe werkt een geolocator?
Geolocators zijn slim-uitgedachte apparaatjes waarmee kan worden bepaald waar een vogel zich bevindt. Het minieme apparaatje kan worden vastgemaakt aan een pootring en bevat een nauwkeurige klok, een lichtsensor en een geheugenchip. Daarin wordt opgeslagen wanneer het licht en donker wordt. Gedurende een periode van ruim een jaar kan een vogel gevolgd worden. Als je hem daarna terug weet te vangen, kan deze informatie worden uitgelezen, en berekend worden waar de vogel gedurende dat jaar is geweest. Vaak levert het elke dag twee betrouwbare positiebepalingen op.
De lengtegraad is het nauwkeurigst te bepalen uit het tijdstip waarop de zon hoog aan de hemel staat, dus precies tussen zonsopkomst en zonsondergang. De breedtegraad is iets minder nauwkeurig te berekenen uit de totale daglengte, die immers varieert met de breedtegraad. Rond de evenaar is het bepalen van de breedtegraad minder nauwkeurig omdat de daglengte daar in de loop van het jaar minder variatie vertoont dan op onze breedte.
In de poolstreken waar de zon ‘s zomers niet ondergaat en ‘s winters niet boven de horizon verschijnt, werkt deze licht-donker-methode dan natuurlijk niet, maar tussen de beide poolcirkels (66° Noord resp. Zuid) en de beide keerkringen (23½° Noord resp. Zuid) worden het hele jaar door tamelijk nauwkeurige resultaten behaald. Verder kunnen complicaties optreden als de vogel gaat broeden, of op andere wijze de geolocator (die vaak aan een pootring is bevestigd) bedekt met zijn/haar lichaam, en het daardoor donker lijkt te worden terwijl de zon nog gewoon schijnt.
De trektocht van de ‘Noordse stern blauw HT’
Derick Hiemstra die de sterns in de Eemshaven al jaren volgt, en het vang- en ringprogramma daar uitvoert, schreef ons dat de Noordse stern met een blauwe ring met HT erop, al een metalen ringetje had toen hij hem in 2012 voor het eerst zag. Hij kon de inscriptie op de metalen ring aflezen.
De vogel blijkt als kuiken te zijn geringd op de kwelder bij Noorderleeg op 22 juni 2009 door wijlen Jan T. Hendriksma. L181116 stond op de metalen ring van het Vogeltrekstation. Op 31 mei 2014 werd hij op zijn nest in de Eemshaven door Derick gevangen en kreeg hij een geolocator (M119) mee. Dat jaar bracht hij inmiddels 5 jaar oud, twee jongen groot in de Eemshaven. Bij de Noordse sterns broeden de mannetjes mee met de vrouwtjes.
Op 22 april 2015 is deze stern, volgens de geolocator aangekomen in de Waddenzee, en werd op 17 mei dankzij zijn kleurring gezien in de Eemshaven. Hij heeft daar waarschijnlijk toen niet meer gebroed. Uit de signalen leek het er op dat hij tussen 5 en 27 juni 2015 wel ergens anders een broedpoging heeft gedaan op een plaats waar het ‘s nachts donker is – dus niet in de Eemshaven -, maar waar precies is niet duidelijk. Geolocators geven de positie daarvoor niet nauwkeurig genoeg aan.
Een jaar later zag Doortje ‘blauw HT’ op één van de puindammen bij Rottumerplaat. Hier bleek hij succesvol te broeden en heeft samen met het vrouwtje op de foto hieronder één jong groot gebracht. Op 17 juli 2016 om 19.15 uur hebben we hem vanaf de nieuwe uitkijktoren voor het laatst gezien bij de puindam. Dat was op 49 km van zijn geboorteplaats, waar hij 7 jaar en 20 dagen eerder (2577 dagen) geringd was.
Bij het uitlezen van de opgeslagen gegevens bleek dat er tussen 31 mei 2014 en 9 september 2015, dus 466 dagen lang, posities waren opgeslagen. Op 9 september 2015 bevond ‘Noordse stern blauw HT’ zich op de grens tussen Namibië en Zuid-Afrika. Daarna zat de chip vol en zijn er geen verdere gegevens opgeslagen. Interessant is ook dat in 2014 de plaatsbepalingen tijdens de broedtijd erg lastig waren vanwege “strooilicht”. Dit komt doordat ons mannetje toen in de flink verlichte Eemshaven heeft gebroed.
De kaart die Maarten Loonen heeft gemaakt, laat de indrukwekkende trektocht van mei 2014 tot mei 2015 zien. Op 1 augustus vertrok ‘blauw HT’ uit de Waddenzee (blauwe bolletjes op de kaart) en bereikte op 1 oktober de zuidpunt van Afrika, om daarna door te vliegen naar de ijsvelden bij de Zuidpool. Op 11 november bereikte hij zijn meest oostelijke positie en vloog daarna (witte bolletjes op de kaart) tot 10 maart 2015 al vissend westwaarts langs de rand van het zuidpoolijs.
Vanaf daar zette hij weer koers richting Zuid-Afrika (groene bolletjes op de kaart), waar hij 8 dagen later aankwam. Op 31 maart, drie weken na vertrek uit het zuidpoolgebied, was ie alweer voor de kust van Mauritanië en 22 dagen later op 22 april bereikte de stern de Eemshaven. Een echte gebruiker van de flyway* zeg maar!
Als hij dit jaar, zonder geolocator, dezelfde route zou volgen, dan heeft hij nu ongeveer het zuidpoolgebied ten zuidoosten van Madagaskar bereikt. Om stil van te worden wat een dergelijke kleine zeezwaluw met een gewicht van iets meer dan een ons presteert.”
Bart Ebbinge (tekst) & Doortje Dallmeijer (foto’s)
*Met flyway wordt de trekroute van een gehele vogelpopulatie of zelfs van meerdere populaties en soorten aangeduid. Zo heb je de East-Atlantic Flyway van Siberië via de Waddenzee naar West-Afrika, langs de oostzijde van de Atlantische Oceaan. En de Pacific Flyway om de route van meerdere soorten van Alaska naar Zuid-Amerika aan te geven.
PS: Derick Hiemstra schreef een mooi verhaal over de relatie tussen Abel Tasman en de Noordse stern: “Grunninger zeevaarders down under”, check http://www.avifaunagroningen.nl/index.php/verhalen/anderen/754-grunninger-zeevaarders-down-under
geef een reactie