Wilde appel, foto: Twan Teunissen

In 2024 willen vrijwillige natuurwaarnemers in het Ketelwald 5.000 soorten ontdekken. Het Ketelwald is de naam van het bosgebied tussen het Duitse Kleef en Nijmegen. In Het Nederlandse deel zijn dagelijks talloze waarnemers op pad om de biodiversiteit in beeld te brengen. Tot vandaag werden er al 28.105 waarnemingen ingevoerd door 919 waarnemers.

Het werkgebied van Soortenjaar Ketelwald zijn de Nederlandse natuurgebieden op de heuvelrug tussen Reichswald en Nijmegen. Hiervan maken bijvoorbeeld de Jansberg en Mookerheide van Natuurmonumenten, en het Groesbeekse Bos en de Duivelsberg van Staatsbosbeheer onderdeel uit. In dit gebied is een afwisseling te vinden van droge bossen, heidegebieden, steile hellingen met dalen waar bronwater aan de oppervlakte komt en landgoederen.

Bijzondere natuur

Dat dit gebied bijzonder is weten natuurliefhebbers als heel erg lang. Al in de 19^e eeuw gingen waarnemers op pad naar de heuvels bij Berg en Dal of Groesbeek om bijzondere soorten te zien. Sinds die tijd is het landschap flink veranderd, zijn soorten verdwenen en verschenen, maar nog steeds is het een bijzonder rijk gebied!

Duitse brem is bijvoorbeeld zo’n bijzondere soort die in heel Nederland alleen hier groeit. De laatste overgebleven groeiplaats op grond van Staatsbosbeheer wordt met liefde in samenwerking met vrijwilligers van IVN Rijk van Nijmegen beheerd. Of neem de zadelsprinkhaan, die alleen nog op de Veluwe en hier leeft. Van deze soorten weten we dat ze er zijn, maar welke minder bekende soorten missen worden dit jaar gevonden?

Zeldzame soorten op de Duivelsberg

Een van de gebieden in het Ketelwald is de Duivelsberg. Hier liggen heuvels met diepe dalen, bronbossen en bronweides, akkertjes en er stromen beekjes. Op de Duivelsberg wordt al lange tijd geen hout meer geoogst. Doordat er niet of nauwelijks gekapt wordt, worden bomen er oud en is er dan ook veel dood hout in het bos te vinden. Vooral grote oude bomen en aftakelende boomlijken zijn hier bijzonder. En op zulke bomen zijn bijzondere soorten gevonden, bijvoorbeeld maleboskorst en ruig pruikspijkertje. Maleboskorst is een zeldzaam korstmos van hele oude donkere bossen en groeit er op de schors van oude eiken. Het ruig pruikspijkertje (die in 2017 voor het eerst in Nederland werd gevonden) groeit hier op het hout van oude afgestorven tamme kastanjes. Dit laat de waarde van dit bos met veel oude, stervende en dode bomen zien.

Op de Duivelsberg werd ook de miljoenpoot Unciger foetidus door Anne Krediet gevonden. Dit is een nieuwe soort voor Nederland. Deze miljoenpoot is vooral bekend uit gebieden een flink eind ten oosten van ons land.

Uiteraard zijn er ook oude bekende, maar wel bijzondere soorten gezien. Zoals muizenstaart en korensla die er groeien op de akkertjes; moerasstreepzaad en kleine valeriaan die langs de beken groeien; zwartblauwe rapunzel in de graslandjes en wilde appel in open bos.

Later dit jaar volgen er meer Boswachtersblogs over de gebieden en soorten in het Soortenjaar Ketelwald. En wie de stand van dag tot dag wil volgen kan terecht op de speciale pagina op Waarneming.nl.

Soortenjaar Gelderse Poort

Twee jaar geleden was er een vergelijkbaar Soortenjaar, toen in de Gelderse Poort. Meer dan 6.000 soorten werden er waargenomen. Een fraai verslag in woord en beeld is vorige maand uitgebracht en kun je hier downloaden.

Zelf op ontdekking op de Duivelsberg? Wandel dan de N70 Wandelroute.

Of zelfs overnachten in een vakantiewoning op de Duivelsberg? Boek dan je avontuur bij Buitenleven.

Meer informatie?

• Heb je vragen of ben je op zoek naar meer informatie, klik dan hier voor de Gelderse Poort, de Betuwe of het Rijk van Nijmegen.
• Benieuwd naar alle gebieden van Staatsbosbeheer? Bekijk dan ook eens deze kaart.
• Wil je niks missen uit het Rivierengebied Oost? Volg dan onze sociale media kanalen! X, Facebook & Instagram.