Zwarte Stern in rustig(er) vaarwater
Elk jaar keert begin mei de zwarte stern terug naar de Gelderse Poort. Door afname van natuurlijke broedplaatsen is deze vogel nu een bedreigde vogelsoort in Nederland. Om te voorkomen dat de zwarte stern hier op termijn helemaal niet meer voorkomt plaatst Staatsbosbeheer nestvlotjes. De Oude Waal bij Nijmegen is de plek bij uitstek om deze vlotjes te bekijken vanaf de dijk. Dit jaar plaatst Staatsbosbeheer in samenwerking met lokale vissers van Visclub De Oude Waal de broedvlotjes in 'rustig vaarwater'. De zwarte sterns kunnen dan in alle rust nestelen en bezoekers kunnen de vlotjes nog mooier bekijken vanaf de dijk.
De zwarte stern
Na een lange vlucht van ruim 4000 kilometer vanuit West- Afrika strijken de zwarte sterns elk jaar weer neer in de Gelderse Poort om te broeden. Deze vogels houden van ondiepe, zoete tot brakke moerassen en wateren. De uiterwaarden, moerassen en oude rivierlopen in de Gelderse Poort lenen zich bij uitstek als ‘kraamkamers’. Vroeger was de zwarte stern algemeen, maar sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw zijn de aantallen hard achteruit gegaan. Momenteel is het aantal broedparen gelukkig redelijk stabiel. In mei – juni leggen de sterns 2 tot 3 eieren. Na een week of drie komen de eieren uit waarna de jongen, ook wel pullen genoemd, nog ongeveer een maand op het nest zitten.
Een flinke uitdaging!
Oorspronkelijk broedt de zwarte stern het liefst op drijvende planten zoals krabbenscheer, waterviolier en fonteinkruiden. Krabbenscheer is vaak de favoriet. Deze plant drijft op het wateroppervlak. De bladrand is sterk getand met op elke tand een spitse punt. Geen plantje dus om zomaar met de blote hand op te pakken! Dit maakt krabbenscheer uitermate geschikt als broedplaats voor de zwarte stern. De bladeren zorgen voor een natuurlijke bescherming tegen roofdieren zoals snoek en roofvogels.
Krabbenscheer is mede door het verslechteren van de waterkwaliteit enorm afgenomen. Door afname van natuurlijke broedplaatsen is de zwarte stern nu een bedreigde vogelsoort in Nederland. Om te voorkomen dat deze vogel hier op termijn helemaal niet meer voorkomt plaatst Staatsbosbeheer nestvlotjes. En met succes! Al jaren is er sprake van een stabiele populatie van ongeveer 140 broedpaartjes in de Gelderse Poort. Op meerdere locaties worden vlotjes in het water gelegd om de vogel een handje te helpen. In de Gelderse Poort gebeurt dit onder andere in de Oude Waal, Millingerwaard, Jezuïtenwaai en Rosandse Polder . De nestvlotjes zijn vaak goed te bekijken vanaf de dijk of het wandelpad.
In de Rosandse Polder zijn de nestvlotjes goed te zien vanaf het Rijnstrangenpad. Een Klompenpad dwars door het ruige rivierlandschap. Deze route van 14 kilometer is dit voorjaar een echt een aanrader!
Herstel natuurlijke broedplaatsen
Het zou geweldig zijn als de nestvlotjes op termijn niet meer nodig blijken en de zwarte stern voldoende natuurlijke broedplaatsen heeft. Daarom wordt hard gewerkt aan de terugkeer van onder andere krabbenscheer. In de Oude Rijnstrangen zijn speciale krabbenscheer poelen gegraven. Hierin worden jonge planten uitgezet die op termijn hopelijk uitgroeien tot grote uitgestrekte velden. Dit is een proces van de lange adem! Voordat je een sterke plant hebt die door zwarte sterns als broedplaats wordt verkozen ben je heel wat jaren verder.
Wist je dat krabbenscheer ook de waardplant is van de groene glazenmaker? Deze zeldzame libelle zet zijn eitjes af op de plant en verkiest krabbenscheer tijdens het uitsluipen.
geef een reactie
Quirine
De Oude Waal staat de afgelopen jaren in de zomer steeds droog. Wat gebeurt er dan met de Krabbenscheer en broedvlotjes?