Het zijn er veel, héél veel
Super irritant zijn ze. Ze zitten op onze handen, armen en benen. We schudden continu om ze van ons af te krijgen, maar ze lijken er een sadistisch genoegen aan te beleven om telkens weer op ons te landen. Eerst bestuderen we ze nog met aandacht en verbazing. Het zijn er veel, héél veel. De aandacht en verbazing verandert al snel in irritatie. Ik krijg de neiging om ze plat te slaan, maar doe dat uiteraard niet. Ook deze super irritante beestjes zijn van nut in de natuur. Als ik een vlindertje voor de 2e keer uit mijn thee moet vissen, is de maat vol. We staan op en lopen al wapperend en zwaaiend met armen en benen verder.
Het is het vlindertje van de groene eikenbladroller. Lichtgroen en circa 2 cm groot. In april waren het nog rupsen. Ze hebben zich toen een gaatje in een bladknop van een eik geboord. Bij het uitkomen van het boomblad hebben ze het blad aan elkaar gesponnen tot het een rolletje was. In dit eikenbladrolletje kon het rupsje zich, beschermd tegen wind, regen en vogels, verpoppen tot vlinder.
Dat is dus goed gelukt dit jaar. De eik heeft het flink te verduren gehad door de blad etende rupsen. Gelukkig kan deze zich goed herstellen van de kaalvraat en zal nieuw blad vormen.
Collega en ik lopen verder door de slenk met eiken, nog steeds zwaaiend met armen en benen om de vlindertjes van ons af te schudden. Het is ondertussen schemerig geworden. Stilte daalt neer over het gebied. De nachtzwaluwen melden zich met het kenmerkende snorrende geluid en het klappen van de vleugels.
Zij hebben geen enkel probleem met de hoeveelheid vlindertjes. Voor hen en voor de vleermuizen is het een heerlijk hapje. Ze vliegen snel en behendig door de lucht om de vlindertjes te vangen en vragen ze vast af waarom die 2-potige wezens onder hen toch zo onbeholpen met hun vleugels klapperen.
geef een reactie
cor
mooi weergegeven. Klopt het dat ze een soort spinsel produceren om het blad opgerold te krijgen?
Gerrit
Nou weet ik ook welk vlindertje ik thuis in mijn hemd had zitten.
Ine, weer een leuk verhaal bij de vleermuizen kelder.
Ine Nijveld
Heel goed Gerrit 🙂