Winterse taferelen in de Engbertsdijksvenen
Afgelopen dinsdag was ik ’s morgens vroeg al in de Engbertsdijksvenen te vinden. Het had die nacht flink gevroren (-6). De heldere lucht en de fraaie zonsopkomst gaven het gebied een betoverend tintje. Op de achtergrond hoorde ik het geluid van tientallen ganzen die de beschutte vennetjes weer inruilden voor een ontbijtje verderop. Vanuit mijn ooghoek zag ik vanaf de hoogveenkern een blauwe kiekendief opvliegen, meerdere exemplaren van deze soort brengen hierop ongestoord de nacht door.
Al wandelend over een pad gelegen tussen de bevroren heide en pijpestro voelde ik mij wat bekeken. Plots keken twee bruine ogen mij aan! Het bleek een jonge reebok te zijn op ongeveer 25 meter afstand. Deze jonge heer was niet erg onder de indruk van mij en bleef rustig staan vreten. Ook niet geheel onbelangrijk want, veel energie heeft hij nu nodig om een sterk gewei op te bouwen. Wie goed kijkt ziet een fluwelen laagje om het gewei, dit heet een bastgewei. Onder de bast is het gewei namelijk nog aan het groeien. Wanneer het gewei is uitgegroeid over een aantal weken, dan begint het te jeuken en irriteren. Hierop veegt het bokje “de bast” er af aan kleine bomen en struiken.
Over een paar weken hoop ik deze ree nog eens tegen te komen. Dan kan ik zien wat voor mooi gewei hij dit jaar is gaan dragen.
Jeroen Buunen, boswachter Twente
geef een reactie