www.boswachtersblog.nl/ Oostvaardersplassen

Merels verwondering

27 september 2024 Boswachter Hans-Erik Kuypers in Oostvaardersplassen

Merel de Reus was de afgelopen maanden in de Oostvaardersplassen aanwezig om onderzoek te doen naar ‘stierenkuilen’. Deze week is haar laatste week. Ik sprak haar over haar onderzoek.

Regelmatig komt Merel (Biologe) met een grote glimlach op kantoor terug na een dagje veldonderzoek. Haar smartphone heeft ze in de aanslag om iedereen die ze tegenkomt deelgenoot te maken van filmpjes van groefbijen en andere insecten. Filmpjes die ze maakte aan de randen van de stierenkuilen waar van alles kruipt, graaft en groeit.

Haar opdracht was vrij breed en verkennend. “Ga eens kijken wat er zoal groeit en leeft in actieve en inactieve stierenkuilen en vergelijk dat eens met andere plekken in de Oostvaardersplassen”. Met die opdracht heeft Merel een aantal van deze kuilen in kaart gebracht.

Om bij het begin te beginnen. Wat is een stierenkuil? “Dat is een kuil die gemaakt wordt door stieren die met hun hoeven de grond in de lucht gooien en daarmee een cirkelvormige of halve maanvormige kuil met een steile rand de creëren. Dit doen die stieren tijdens de bronsttijd in de vroege zomer (Ja, ook bij runderen bestaat een bronsttijd) om te imponeren en als sterkste en machtigste stier indruk te kunnen maken. Doordat ze steeds op dezelfde plek graven en schrapen ontstaat er aan één kant van de kuil een steilere rand en die opengewerkte grond blijkt razend interessant te zijn voor allerlei insecten die daar gaten en tunnels in kunnen graven.

In de Oostvaardersplassen kom je deze kuilen vooral tegen in hogere delen bij het Stort en bij het Zanddepot.”

Je bent nu nog bezig met het uitwerken van je resultaten, maar wat kan je iets vertellen over wat je tegenkwam?

“Ik heb actieve en inactieve stierenkuilen vergeleken met andere plekken in het gebied en gekeken of er verschillen waren in vegetatiehoogte en soortensamenstelling van de planten. Inactieve stierenkuilen zijn oudere kuilen die niet meer als zodanig door stieren worden gebruikt, maar nog wel in het landschap zichtbaar zijn. Door het gegraaf en geschraap wordt de bodem omgewoeld en verdwijnt lokaal de vegetatie. Nadat de kuil is verlaten komt er weer pioniervegetatie terug en groeien er kruiden die je op andere plekken niet terugziet. Een voorbeeld hiervan is het prachtige en best zeldzame fraai duizendguldenkruid”.

“In de actieve kuilen, die kuilen die dus nog steeds worden gebruikt door de stieren, zag ik in de steilwanden gaatjes en holletjes. Als je dan even blijft wachten zie je daar van alles uit- en ingaan. Het meest verwonderde ik me over de pluimvoetbij. Inzoomend op het diertje zie je direct de pluimen waar het zijn naam aan te danken heeft. Lange haren waarmee het vrouwtje in staat is om zand weg te vegen en te graven. Zo gaaf om je realiseren dat zo’n bijtje dit soort specifieke plekken weet te vinden en dat de runderen de ideale leef- en voortplantingsomstandigheden voor deze soort weet te creëren. Die stierenkuil is daarmee zo’n lokale biodiversiteitshotspot, met weer andere soorten dan in de directe omgeving.”

Een prachtige tekening van een stierenkuil met stier als biodiversiteitshotspot voor alles wat graaft en groeit. Getekend door Jeroen Helmer (ARK Natuurontwikkeling)

Hoe kijk je terug op je tijd hier in de Oostvaardersplassen?
“Het was heel bijzonder dat ik de tijd en de ruimte kreeg om dit veldonderzoek te doen en daarvoor langere tijd in de natuur kon verblijven. Geen dag was hetzelfde en ook fijn dat je je ervaringen kon delen met een team van boswachters en ecologen.

Het ga je goed merel. Op naar het volgende avontuur.

 

 

 

 

 

reageren

geef een reactie

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog