Groot succes bij verplaatsing mierennesten Schoorlse Duinen
Bij het herstel van vochtige duinvalleien afgelopen winter in de Schoorlse Duinen, zijn vorig najaar ruim 26 mierennesten verplaatst. Om de nesten te sparen bij de graafwerkzaamheden zijn, als proef, deze nesten verplaatst naar een ander plek in de nabije omgeving. Wat blijkt nu, het is een groot succes! Dit voorjaar zijn de verplaatste nesten gemonitord en werd er rond 22 van de 26 nesten volop mierenactiviteiten geconstateerd. Dit was dus een zeer geslaagde mierenverhuizing.
Verhuizing volgens Mierenwerkgroep
Aanleiding voor het verplaatsen van de grote bosmierennesten waren de plagwerkzaamheden. Er is 12 hectare geplagd om herstel van heide en vochtige duinvalleien te realiseren. De verhuisoperatie is begeleid door het ecologisch onderzoeks- en adviesbureau, Van der Goes en Groot. Zij hebben het verplaatsen van de mierennesten uitgevoerd volgens de voorgestelde methode van de Mierenwerkgroep van de Nederlandse Entomologische Vereniging. Afhankelijk van de ligging en grootte van het mierennest werd ter plaatse bekeken wat de beste methode is om het mierennest uit te graven en waar te herplaatsen op een geschikte locatie buiten het te plaggen gebied, maar wel zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke nestplaats.
Kraantje en voorlader
Door middel van een kleine graafmachine werd op een afstand van ruim 40‐50 cm rondom het mierennest de grond en vegetatie losgemaakt door een geul rondom diep weg te graven. Er werd daarbij rekening gehouden dat er ook vegetatie als planten of heide rondom het mierennest mee moest worden verplaatst naar de nieuwe locatie. Het mierennest is daarna in één keer met een flinke diepte van zeker 50‐70 cm opgepakt en vervolgens met de graafmachine voorzichtig rijdend naar de nieuwe locatie gebracht.
Nieuw nest inrichten
Op de nieuwe locatie werd in de tussentijd door de kleine graafmachine een nieuw gat gegraven die flink ruimer en dieper werd gemaakt dan de omvang van het mierennest en het grondoppervlak dat uitgegraven was. In het nieuw gegraven gat werd eerst een laag van oude takken op de bodem neergelegd en vervolgens met een laagje zand toegedekt. Zo nodig werd er ook een oude boomstobbe of boomstronk aan de noordkant in het gat geplaatst. Vervolgens werd voorzichtig het nest in zijn geheel in het nieuwe gat geplaatst tegen de zuidkant van de stobbe of boomstronk aan. Hierbij werd er op gelet dat voorkomen wordt dat het mierennest en grond uit elkaar zou kunnen vallen.
Resultaat: succesvolle verhuizing
Totaal zijn er 26 mierennesten verplaatst. Tijdens de inventarisatie in mei werd bleek dat 14 verplaatste nesten volop actief waren met hard werkend mieren. Bij acht nesten werden geen mieren opgemerkt en waren de nesten duidelijk verlaten. Op deze acht plekken werd echter op slechts 2‐5 meter afstand van het verlaten nest wél een nieuw gebouwd nest gevonden. Aangenomen wordt dat het in deze gevallen hetzelfde mierenvolk betreft, dat zich op korte afstand heeft verplaatst. Verder waren vier verplaatste nesten met zekerheid verlaten en werden ook in de omgeving hiervan geen mierennesten gevonden. Tijdens het afzoeken van de afgeplagde deelgebieden en de plekken van de verplaatste mierennesten, werden echter nog wel vier nieuwe actieve mierennesten gevonden. Deze lagen allemaal op flinke afstand van de nieuwe locaties van de nesten. Al met al een succesvolle verhuizing en geslaagde proef.
geef een reactie
Wim Tijsen
Leuk om dit resultaat zo gevolgd te hebben.