De kolgans met zijn typische witte snavelbasis en de dwarse zwarte 'vegen' over de buik.

Elke winter komen ze weer; de overwinterende ganzen. De meeste van deze ganzen broeden op de noordelijke toendra’s van Noord-Europa. In Nederland verblijven midden in de winter er meer dan 2 miljoen stuks!

Een gans die niet broedt in ons gebied, maar in groten getale in Waterland overwintert is de kolgans. Als de kolgans in maart vertrekt naar de toendra’s in het hoge noorden ligt daar nog sneeuw. Terwijl de sneeuw smelt gaat de kolgans zijn nest maken. Het is dan al mei. De gans zit dan vier weken te broeden en eet in die tijd vrijwel niets. Daarna hebben de jonge gansjes acht weken nodig om groot te groeien en te leren vliegen. En dit gebeurt allemaal terwijl het daar 24 uur licht is. Het gewas groeit goed in die tijd en er is dus meer dan genoeg te eten. Eind augustus slaat het weer om en kan het al flink sneeuwen. De dagen worden ook weer korter. Dat is het signaal voor de ganzen om te vertrekken naar het zuiden om daar te overwinteren. Vanaf eind september komen de eerste kolganzen aan in Nederland.

De gebieden van Staatsbosbeheer in Waterland bestaan veelal uit waterrijke weilanden die in de winter groen blijven. Dat is precies wat de kolgans erg aantrekkelijk vindt. Buiten de kolgans overwinteren ook brandganzen en grauwe ganzen in deze gebieden. Ook zie je steeds vaker nijlganzen en Canadese ganzen. Voor het herkennen van de verschillende ganzensoorten kun je kijken op de website van de Vogelbescherming of SOVON.

Op zaterdag 24 november vaar ik mee met de boot vanaf het Centraal station in Amsterdam naar Vuurtoreneiland. Dan vertel ik ook over de overwinterende watervogels, zoals de ganzen. Wilt je nog mee? Boek dan online met €3,50 korting door de kortingscode ‘echo18’ in te vullen. Boek via: https://tinyurl.com/y9p27c5v. Wie weet tot dan!

Deze blog is ook gepubliceerd als column in het Waterlands Weekblad.