De zwanenmossel
Langs de sloten van Waterland liggen vaak de schelpen van de zwanenmossel. Een fascinerend beest dat een verborgen leven leidt. Dit dier leeft in de bagger van de sloot. Als de sloten in het najaar worden geschoond komen ze vaak op de slootkant terecht. Ook de rest van het jaar zie je ze regelmatig langs de slootkant liggen. De schelp is dan vaak kapot. Het kan zijn dat een meerkoet of een rat de schelp heeft opgepeuzeld. Ik heb ooit meegemaakt dat ik op de fiets zat toen er een zwanenmossel uit de lucht viel. Deze was door een zwarte kraai gevonden en die liet de zwanenmossel vallen om hem te kraken.
De zwanenmossel als indicatorsoort
De aanwezigheid van deze mossels in de sloot is een goed teken. De zwanenmossel is namelijk erg gevoelig voor verontreiniging. De mossel filtert zijn voedsel uit het slootwater. Per dag wel 50 liter water, waardoor de mossel een goede bijdrage levert aan een schone sloot. De mossel zit voor 70% in de bagger van de sloot. Als hij gaat “eten” opent hij de schelp en komt een soort slurfje tevoorschijn. Dit slurfje heet een sifon waarmee hij het vele water opzuigt en filtert.
Simpele voortplanting
De zwanenmossel plant zich op een gemakkelijke manier voor. Het mannetje laat zijn sperma vrij in het water. Omdat het vrouwtje veel water filtert komen de spermacellen vanzelf in de vrouwtjesschelp terecht. Geen ingewikkelde afspraakjes, geen balts; gewoon loslaten en filteren. Zo simpel kan het dus ook!
Daarna groeien er larfjes in de vrouwtjesschelp. Zodra er dan een vis dichtbij de schelp komt haken de larfjes aan deze vis. De vis is een soort taxi geworden, die de larfjes een sloot verder kunnen brengen. Deze taxi voorziet ze ook meteen voor een paar dagen voor voedsel, want de larfjes eten het bloed van de vis.
Een win-win situatie
Nog zo’n prachtige vorm van samenwerking is die tussen de bittervoorn (een vissensoort) en de zwanenmossel. Het visje legt met een legbuis haar eitjes in de schelp en vervolgens laat het mannetje zijn hom los voor de schelpopening. De eieren van de bittervoorn worden in de schelp bevrucht en kunnen zich daar veilig ontwikkelen. Vervolgens kunnen de bittervoorns de larfjes van de mossel vervoeren. Wat een prachtige samenwerking! Zie je in het vervolg dus zo’n zwanenmossel in de berm liggen, denk dan eens aan de bijzondere kwaliteiten van dit schelpdier.
Deze blog is ook gepubliceerd als column in het Waterlands Weekblad.
geef een reactie
Dorry
Heel leuk artikel. De vissen waar de larfjes op mee liften hebben geen nadeel hiervan, neem ik aan?