‘Het is Herfst, en dat kan je zien, ruiken, voelen en horen in de natuur’; zo begin ik een persbericht over een herfstwandeling in De Groote Peel. Ik hoef er nauwelijks bij na te denken, het rolt als een standaard riedeltje uit mijn vingers en verschijnt op het scherm. Na een beschrijving van wat de deelnemers kunnen beleven tijdens de excursie lees ik het bericht door om te checken of alles klopt. Bij de eerste zin blijf ik al hangen. Ik moet bekennen dat ik soms, bijna op het neurotische af, blijf controleren of het waar is wat ik schrijf. Geen speld moet er tussen te krijgen zijn. Lastig hoor, zo’n ‘afwijking’. Teksten maken duurt daardoor soms erg lang. In mijn hoofd zoek ik naar voorbeelden. Want wat maakt dat het éne seizoen zo anders voelt en beleeft dan het andere? Het weer en de temperatuur, maar wat nog meer? Ik krabbel de stereotypen op een kladblokje. Winter: koud, ijs, kaal, houtkachel, grijs, erwtensoep en ganzen, lente: fris, gras, krokus, groen, paaseieren en blauwborst, zomer: warm, blauw, zoet, ijsjes en jonge vogels, herfst: wind, regen, paddenstoelen, goudgeel/rood/bruin, aards, herfstbock enne … kraanvogels!

Als mijn blaadje vol is kom ik tot de conclusie dat het klopt; je kan de herfst beleven met alle zintuigen. In de herfst kleurt de natuur prachtig goudgeel, rood en bruin en overal schieten paddenstoelen als uh.. paddenstoelen uit de grond. Het ruikt vochtig en aards en met een herfstbockje in je hand kan je lekker nagenieten van een weer-en-wind-wandeling waarbij het zélfs niet erg is dat je kleddernat wordt (in de herfst mag dat). Ik realiseer me ook dat elk seizoen wordt gekenmerkt door vogels. Vogels prikkelen twee zintuigen: zien én horen. Vogels zijn de ‘bodes van een seizoen’. Vooral in Nationaal Park De Groote Peel waar in alle seizoenen bijzondere soorten voorkomen. De duizenden gakkende ganzen en de klapekster in de winter, de blauwborst en de jodelende wulpen in het voorjaar, de jonge futen en dodaars op moeders rug en al die andere koddige kuikens in de zomer en de kraanvogels en andere trekvogels in de herfst. Want kraanvogels zijn hét geluid van de herfst in de Pelen. Natuurlijk trekken ze in het voorjaar ook, maar in de herfst zie en hoor je ze vaker. De kraanvogelkoorts begint eind oktober en duurt tot begin december en is nu op zijn hoogtepunt. Elke vogelliefhebber kijkt reikhalzend en verlangend uit naar de komst van deze majestueuze vogels. Het geluid van overvliegende kraanvogels is voor velen het mooiste geluid in onze natuur. En als je ze dan ziet en hoort; kippenvel! Gisteren was ik ‘the lucky one’ en zag ik het eerste groepje over de Peel vliegen. Smaakt naar meer….

Ook kraanvogels zien? Kom bij ons langs in de Pelen! Het Buitencentrum ligt aan de Moostdijk 15 te Ospeldijk (Limburg). Meer informatie: www.staatsbosbeheer.nl/depelen