De bruine winterjuffer: een ijskoud wondertje van de Nederlandse natuur

Bruine winterjuffer. Foto: Twan Teunissen
Wanneer de meeste insecten zich in het najaar uit de voeten maken of het loodje leggen, blijft er één fragiel ogend diertje fier standhouden in de kou: de bruine winterjuffer (Sympecma fusca). Deze bijzondere juffer is niet alleen een zeldzame verschijning in ons land, maar ook een ware overlevingskunstenaar. Ik vertel je graag meer over het fascinerende leven van deze winterharde libel.
Wat is een winterjuffer?
De bruine winterjuffer behoort tot de familie van de echte juffers (Coenagrionidae), een ondergroep van de libellen. In tegenstelling tot de meeste juffers en libellen, die als volwassen insect de winter niet overleven, kiest de bruine winterjuffer voor een andere strategie. Zij overwintert (samen met de noordse winterjuffer) als enige juffer in Nederland als volwassen dier, in plaats van als ei of larve.
Een meester in camouflage
De bruine winterjuffer is, zoals de naam al zegt, vooral bruin van kleur. Daarmee valt ze perfect weg tegen dorre stengels van pijpenstrootje of twijgen. In de koudere maanden zit ze vaak roerloos in de natuur, waarbij haar vleugels gesloten langs het lichaam rusten – net als bij andere juffers. Dit in tegenstelling tot libellen, die hun vleugels juist wijd openhouden in rust. Overwinteren kan ook verder bij water vandaan. Vooral zonnige bosranden langs heidevelden met vennen zijn in trek.

Leefgebied en verspreiding
De bruine winterjuffer komt in Nederland vooral in heide- en veengebieden voor, vooral in het zuiden en oosten van het land en in de duinen in het westen. In Groningen komt ze eigenlijk alleen in Westerwolde voor. Sinds de jaren negentig worden ze algemener en breiden naar het noorden uit. Ze houdt van warme, zonnige plekken in de buurt van stilstaand of traag stromend water met veel oevervegetatie. Denk aan vennen, poelen en heidevennen. In Westerwolde kun je ze onder andere in de vennen in Ter Borg vinden.

Een leven met de seizoenen
In het voorjaar, als de temperaturen stijgen, wordt de bruine winterjuffer weer actief. Ze zoekt dan een geschikte plek om eitjes te leggen in waterplanten. Uit deze eitjes komen larven die zich in de zomer ontwikkelen, waarna in de late zomer de nieuwe generatie volwassen juffers tevoorschijn komt. Deze generatie gaat vervolgens weer de winter in, en zo is de cirkel rond.
Spotten?
Wil de bruine winterjuffer zien? Dan moet je goed zoeken én het juiste seizoen kiezen. De meeste kans heb je nu, in het vroege voorjaar als er nog geen andere juffers of libellen zijn. Gewapend met een scherpe blik en wat geluk kun je haar ontdekken, verscholen in het pijpenstrootje, hoog gras of struikjes op een droge stengel.
Boswachter Jelka
geef een reactie