Vogelgriep onder brandganzen Lauwersmeer
De vogelpopulatie van het Lauwersmeergebied is niet het hele jaar dezelfde. We hebben standvogels, die hier het hele jaar blijven, doortrekkers, die hier tijdelijk verblijven op hun jaarlijkse trektocht, zomergasten, die hier komen broeden en zuidelijker overwinteren en wintergasten, die veel noordelijker broeden en hier overwinteren. De tienduizenden brandganzen die elk jaar naar het Lauwersmeer komen horen tot de laatste groep.
Afgelopen najaar werden we opgeschrikt door de vele slachtoffers van de vogelgriep die vooral onder brandganzen heerste. Vogelgriep is een jaarlijks voorkomende ziekte onder watervogels, waarmee soms ook andere vogels besmet raken. De vogelgriep is niet elk jaar even hevig en treft vaak een bepaalde groep vogels.
Vogelgriepvirus
De ganzen kwamen vanuit hun broedgebieden op de toendra en bleken een variant van het vogelgriepvirus bij zich te dragen. Besmette ganzen zien er zichtbaar ‘ziek’ uit. Ze zitten apathisch, schudden of draaien met hun hoofd of zwemmen rondjes. De meeste ganzen zieken uit en pakken de draad weer op maar veel zwakkere dieren leggen het loodje. Met name op de kwelders bij Holwerd lagen vorig jaar veel dode vogels maar ook in de Ezumakeeg vielen slachtoffers. Het betrof vooral brandganzen maar ook enkele andere soorten, zoals meeuwen, mogelijk omdat die van ganzenkadavers aten.
In het algemeen zijn predatoren en aaseters minder gevoelig voor dit soort ziekten maar het was wel even schrikken toen er kort na elkaar meldingen kwamen van dode slechtvalken.
Vogeltrek
Na verloop van enkele weken leek de vogelgriep weer uitgewoed te zijn en gedurende de winter geheel verdwenen.
Tijdens de trek is er veel interactie tussen verschillende groepen ganzen maar eenmaal in hun wintergebieden, blijven ze vooral in hun eigen groep, waardoor het aantal besmettingen sterk afneemt.
Nu maken de ganzen zich weer op voor de trek naar de broedgebieden en verzamelen ze in grotere groepen waardoor er toch weer besmetting optreedt. Vooral jongere ganzen, die er nog geen weerstand tegen hebben opgebouwd, zijn gevoelig voor de ziekte.
Verspreiding beperken
De aanblik van dode vogels in de Ezumakeeg is niet prettig, al horen vogelgriep en dood ook gewoon bij de natuur. Om meerdere redenen is het verstandig om van zieke of dode ganzen af te blijven, zéker zonder geschikte beschermende kleding. Al is de kans klein dat de ziekte op mensen over gaat, dat risico moeten we niet lopen. Ook moeten we voorkomen dat we de ziekte verspreiden door ganzenpoep onder de schoenzolen. En we willen groepen ganzen nier onnodig op de wieken jagen en zo verspreiding bevorderen. We laten daarom de dode vogels liggen en laten de natuur z’n werk doen. Alleen in de buurt van wandel- en fietspaden halen we de dode vogels weg. Over enkele weken zijn de brandganzen naar hun broedgebieden vertrokken.
boswachter Jaap Kloosterhuis
geef een reactie
Martijn de Jonge
Benieuwd wat deze ontwikkelingen gaan betekenen voor de zeearenden in de Lauwersmeer. Is er al iets bekend over jongen en of het tweede nest ook dit jaar bewoond is?
Boswachter Jaap Kloosterhuis
Hallo Martijn,
In het algemeen is het zo dat predatoren en aaseters minder gevoelig zijn voor dit soort ziekten, maar het is niet uit te sluiten dat het gevolgen heeft.
We hebben in het begin van het jaar enige tijd twee paartjes volwassen zeearenden gehad in het gebied. Waarschijnlijk zijn deze vogels zodanig met elkaars aanwezigheid bezig geweest dat het (ver-)bouwen van een nest en het leggen van eieren er bij is gebleven. Dit jaar dus geen succesvol legsel.
jkloosterhuis
Hallo Martijn,
In het algemeen is het zo dat predatoren en aaseters minder gevoelig zijn voor dit soort ziekten, maar het is niet uit te sluiten dat het gevolgen heeft.
We hebben in het begin van het jaar enige tijd twee paartjes volwassen zeearenden gehad in het gebied. Waarschijnlijk zijn deze vogels zodanig met elkaars aanwezigheid bezig geweest dat het (ver-)bouwen van een nest en het leggen van eieren er bij is gebleven. Dit jaar dus geen succesvol legsel.