Grote grazers in Nationaal Park Lauwersmeer
De koniks en Schotse Hooglanders in Nationaal Park Lauwersmeer prijken op menig foto. Het blijft een mooi gezicht, deze sterke, stoere dieren jaarrond in de natuur. De koniks en Schotse hooglanders in het Lauwersmeergebied zijn geen wilde dieren; het is een gehouden kudde. Ze worden ingezet om door hun graasgedrag verbossing van het gebied tegen te gaan en het afwisselende half-open landschap te behouden. Omdat het gehouden dieren zijn hebben we een zorgplicht.
De conditie van de dieren wordt dagelijks in de gaten gehouden door de kuddebeheerder. Waar nodig wordt er ’s winters bijgevoerd. Wanneer een dier gewond raakt of ziek wordt, en er geen kans op herstel is, wordt het dier door de veearts uit zijn lijden verlost.
Beheer kudde
Anders dan in de natuur zijn het niet ouderdom, gebrek aan voedsel, ziekte of roofdieren die bepalen wanneer er een einde komt aan hun leven. Hier is het de mens. Om de aantallen dieren niet te ver te laten oplopen en een gezonde groep te houden met een evenwichtige opbouw, wordt de natuurlijke aanwas gecompenseerd door afvoer van hetzelfde aantal volwassen paarden en runderen. Wanneer mogelijk gaan de dieren naar andere natuurgebieden in Europa, maar in de meeste gevallen gaan ze naar de slacht. De selectie vindt plaats op basis van de gezondheid en vitaliteit en de samenstelling van de groep naar geslacht en leeftijd. Het vlees van de geslachte dieren komt beschikbaar voor consumptie door mensen of dieren. Zo gaat het al ruim 25 jaar in het Lauwersmeergebied.
Keuring dioxine
Vorig jaar zomer bleek dat het vlees van grote grazers die leven in andere natuurgebieden teveel dioxine bevatten. Daarom hebben we op eigen initiatief een representatief aantal koniks en Schotse hooglanders uit het Lauwersmeergebied laten onderzoeken op aanwezigheid van dioxine in het vlees. Uit de test is gebleken dat de hengsten een te hoog gehalte dioxine in het vlees hebben. Bij de merries ligt het gehalte dioxine lager dan de norm. Ook het vlees van de Schotse hooglanders bevatte een te hoog gehalte dioxine. Het vlees van de hengsten en de Schotse Hooglanders kan niet voor consumptie worden aangeboden. Het vlees met het te hoge dioxinegehalte is ook niet in de voedselketen terecht gekomen. De NVWA doet onderzoek naar de aanwezigheid van dioxines in het vlees afkomstig van runderen die jaarrond buiten grazen in uiterwaarden.
Wetenschappelijk onderzoek
Het is voor Staatsbosbeheer natuurlijk belangrijk dat de dieren, die in de natuurgebieden leven, een goed leven kunnen leiden. Wat de invloed van dioxines is op diergezondheid en/of dierenwelzijn is nog niet duidelijk. De gevonden waarden in relatie tot normen voor dioxines in het vlees betreft de menselijke gezondheid in relatie tot consumptie, niet de gezondheid van het dier. De indruk van dierenartsen in andere gebieden waarbij in het vlees van hengsten ook een te hoge dioxine in het vlees is aangetroffen, is dat de dieren er geen hinder van ondervinden in hun dagelijkse leven. Er wordt in opdracht van Staatsbosbeheer een wetenschappelijk onderzoek opgestart naar enkele aspecten die te maken hebben met de diergezondheid van in het wild levende dieren.
geef een reactie
Aad
Runderen en hengsten niet voor consumptie. Ik neem aan ook niet voor diervoeding?
Worden de merries nog wel voor consumptie aangeboden en worden deze dieren wel afzonderlijk getest?
Hoe wordt de populatie nu de kudde in de toekomst gereguleerd? Ik neem aan castratie van de stieren/hengsten nu het verdienmodel wegvalt en afvoer naar de Rendac alleen geld kost.
Boswachter Jaap Kloosterhuis
Hallo Aad,
‘Niet voor consumptie’ geld inderdaad ook voor diervoeding.
Het vlees van de merries viel binnen de gestelde norm en kan dus wel voor de slacht worden aangeboden.
Welk vlees wanneer getest bepaalt de NVWA. Hoe we in de toekomst omgaan met de grazers zullen we ons op moeten beraden, daar zijn we nu mee bezig. We weten nu nog niet welke gevolgen deze situatie heeft voor het beheer. Het inzetten van grazers in het gebied is een beheermiddel en zeker geen ‘verdienmodel’. De kosten zijn, afhankelijk van hoeveel dieren worden afgevoerd, ongeveer vier keer hoger dan de opbrengsten.
jkloosterhuis
Hallo Aad,
‘Niet voor consumptie’ geld inderdaad ook voor diervoeding.
Het vlees van de merries viel binnen de gestelde norm en kan dus wel voor de slacht worden aangeboden.
Welk vlees wanneer getest bepaalt de NVWA. Hoe we in de toekomst omgaan met de grazers zullen we ons op moeten beraden, daar zijn we nu mee bezig. We weten nu nog niet welke gevolgen deze situatie heeft voor het beheer. Het inzetten van grazers in het gebied is een beheermiddel en zeker geen ‘verdienmodel’. De kosten zijn, afhankelijk van hoeveel dieren worden afgevoerd, ongeveer vier keer hoger dan de opbrengsten.
Roelwalters
Goed bezig Jaap.!! Go on!!?
Boswachter Jaap Kloosterhuis
Hé Roel,
Da’s lang geleden!
Barb
Hoe komt die dioxine in de grote grazers van het NP Lauwersoog ?
De lucht is hier toch erg schoon en de bodem toch ook?
Kan iemand mij dat uitleggen ?
Trijntje
Dat vraag ik mij ook af – ben benieuwd naar het antwoord
jkloosterhuis
Hallo Barb en Trijntje,
De paarden en runderen krijgen de dioxines vermoedelijk binnen via bodemdeeltjes die ze binnen krijgen als ze eten of drinken. Maar hoe de dioxines in die bodem terecht komen weten we niet, dat moet worden onderzocht. Wie zo’n onderzoek moet doen weten we nu ook nog niet.
In opdracht van Staatsbosbeheer start er wel een onderzoek naar de effecten die de dioxines hebben op de dieren zelf. De NVWA doet onderzoek naar de aanwezigheid van dioxines in het vlees afkomstig van runderen die jaarrond buiten grazen in uiterwaarden.