Blauwtjes op duivelseiland
Vlinders intrigeren. Ze kunnen, als ik in een dromerige stemming ben, een gevoel bij me opwekken die even boven het aardse uitsteekt. Zeker als een vlinder ineens opvalt omdat hij een stukje met mij meevliegt of op me komt zitten krijg ik wel eens het idee dat hij me iets wil vertellen. De Griekse naam voor vlinder is “psyche” als het symbool voor de menselijke ziel. De vlinder is ook het symbool van de schoonheid en de kortstondigheid van het leven maar ook de onsterfelijke ziel en voor wedergeboorte of gedaanteverwisseling. Eigenlijk een symbool voor het positieve die de rauwe randen van het leven kan verzachten. Ze kunnen een gevoel van lichtheid en vrolijkheid opwekken met hun lichte en bijna dansende manier van vliegen als ze op bloemen neerstrijken.
Het Duivelseiland bij Woudbloem (’t Roegwold), daar waar de Slochter en Scharmer Ae elkaar tegen komen is zo’n bijna magische plek waar ik (als het zonnetje schijnt) wel eens in zo’n dromerige stemming kan raken. Vorig jaar zomer trof ik daar een fladderend blauwtje dat steeds maar met mij mee leek te vliegen en toen ik mijn gedachten weer elders had toch weer fladderend voor me opdook. Zo’n prachtig blauwtje op een bijzondere plek ….
Ongeveer een derde van de dagvlinders behoort tot de blauwtjes. Uit Europa zijn zo’n 120 soorten bekend en in Nederland zijn 27 soorten vastgesteld. De familie van de blauwtjes bestaat uit 16 soorten blauwtjes, 6 soorten kleine pages en 5 soorten vuurvlinders. Vooral de mannetjes van de meeste soorten vallen op door de helder blauwe bovenkant van de vleugels. De vrouwtjes zijn bruin. De meeste blauwtjes zijn echte graslandvlinders en bezoeken graag bloemen. Met hun lange tong kunnen ze, in tegenstelling tot de meeste andere insecten, ook nectar uit bloemen met een diepe bloemkroon halen, zoals vlinderbloemigen.
De rupsen van de blauwtjes hebben een dikke kop en een taaie huid. Sommige soorten, zoals de rups van het gentiaanblauwtje hebben klieren die stoffen afscheiden waar mieren op af komen. Het gentiaanblauwtje zet eitjes af op een gentiaan. De opvallend witte rupsen eten van de plant tot ze door mieren gevonden worden. De mieren nemen de rupsen mee naar hun nest waar de rups gedurende de hele winter gevoed en wam gehouden wordt. Vervolgens verpopt de rups zich tot blauwtje en zoekt zijn weg naar buiten.
Koos Dijksterhuis (Trouw, 06-02-2009): Die voorliefde is te verklaren uit vluchtige stofjes die de rupsen verspreiden. Die ruiken naar mierenlarven. Maar die geurtjes verklaren nog niet waarom rupsen een vipbehandeling krijgen. Een rups mag zelfs mierenlarven eten. En bij gevaar redden mieren eerst de rupsen, daarna de mierenlarven. Onderzoekers van de universiteit van Oxford ontdekten hoe de rupsen dat voor elkaar krijgen. De ontdekking staat vandaag in het tijdschrift Science. De rupsen blijken zachte geluidjes te maken, die anders alleen mierenkoninginnen laten horen.
Voor Noord-Amerikaanse indianen is de vlinder het symbool van verandering, vreugde en kleur. Blauw staat voor goddelijkheid, oneindigheid, onschuld, kleur van de hemel, kleur van trouw, kleur van Maria, melancholie en oprechtheid.
Laat blauw nu net mijn kleur zijn…
Ik wens jullie veel vreugde!
geef een reactie