“1. Deze state met zulke schoone tuinen en plantaadjen voorzien, dat men het toen voor den fraaiste buitenplaats in de gritenij hield. 2. Maar daartegenover ligt een der schoonste buitenplaatsen, die wij in Friesland nog gezien hebben. ‘t Is Stania State, eens een zetel van een nu uitgestorven geslacht.”
A.J. van der Aa in 1847 1, en J. Craandijk in 1876 2