www.boswachtersblog.nl/ Flevoland

Hoogwater in Zeewolde – Natte voeten in het bos

11 januari 2024 Boswachter Lisa Wassenaar in Flevoland

Wie regelmatig de bossen rondom Zeewolde bezoekt is het ongetwijfeld niet onopgemerkt gebleven. Het is nat in het bos, extreem nat!

Sommige delen van het Horsterwold en Hulkesteijnsebos staan letterlijk onderwater. Delen van wandelroutes zijn niet meer te lopen en sommige fietspaden staan blank. Ook in het bos zelf staat het water soms op het maaiveld. In dit blog probeert Vincent Troost, senior boswachter beheer, uiteen te zetten wat hier de oorzaken van zijn en inzicht te geven in de mogelijke gevolgen voor het bos.

Verschillende oorzaken

Als eerste is het goed om op te merken dat er verschillende oorzaken zijn dat het water op het maaiveld staat. Momenteel zien we dit verschijnsel in grote delen van de Stille kern, in het Hulkesteijnsebos maar ook in de bosdelen die dicht tegen Zeewolde liggen zoals nabij de Dasselaarweg.

De Stille kern en een deel van het Hulkesteijnsebos zijn zogenoemde vernattingsgebieden. Hier zijn in het verleden maatregelen getroffen om het water zo lang mogelijk vast te houden en zo te ontwikkelen naar ‘natte bostypen’. Zo zijn er sloten gedempt en afvoeren afgesloten. Het zijn op zichzelf staande watersystemen die geheel onderhevig zijn aan regenval en verdamping. Het water wordt daar niet afgevoerd. Na verloop van tijd ontwikkelen hier zeer specifieke flora zoals oeverzegge, bitterzoet, groot heksenkruid en wolfspoot. In het Hulkesteijnsebos zien we hier al hele mooie voorbeelden van!

Bitterzoet. Fotograaf: Albert Henckel

Nabij de Dasselaarweg heeft het water op het maaiveld een andere oorzaak. Namelijk een ‘oerbank’ in de bodem. IJzer wordt in opgeloste toestand in de bodem verplaatst door grondwater. Je kunt dat zien aan de roestvlekken in de bodem. Als deze vlekken uitgroeien tot grote verharde klonten spreek je van ijzeroer. Als dit steeds op ongeveer dezelfde diepte doorgaat, kunnen zogenaamde oerbanken ontstaan, decimeters dikke samenhangende ‘platen’. Het ijzer van deze lagen ijzeroer is deels afkomstig van de uitspoeling van de hoger gelegen gronden. Het zijn ondoorlaatbare lagen die ervoor kunnen zorgen dat het water stagneert waardoor het soms weken op het maaiveld kan blijven staan.

Echter, ondanks de verschillende oorzaken hebben ze beide ook één gemene deler. Namelijk heel veel regen! Zoals de laatste weken veel op het nieuws te zien is hebben we momenteel één van de natste jaren ooit. Het KNMI schrijft over 2023: ”natste en warmste jaar sinds het begin van de metingen”. Landelijk viel er gemiddeld 1060mm wat normaal 795mm is. Op sommige plekken in het land is er zelfs 400mm méér gevallen dan normaal. Dit maakt dan ook dat de gevolgen van water op het maaiveld meer zichtbaar zijn dan normaal.

Ook in bospercelen die normaal droog staan, is nu veel water te vinden. Fotograaf: Vincent Troost

Effecten op het bos

Maar wat zijn nu de effecten op het bos, is deze situatie wel wenselijk? Deze vraag laat zich helaas niet eenduidig beantwoorden. Hier spelen verschillende factoren een rol. Bijvoorbeeld hoelang duurt de wateroverlast en welke boomsoorten staan op de specifieke plaats.

We weten dat als er langdurig vernatting optreedt, dit effect heeft op de vitaliteit en wortelgroei van bomen. Zo kunnen wortels die langdurig onder water staan gaan rotten. Dit kan op zijn beurt ook weer vitaliteits- en stabiliteitsproblemen geven. Deze effecten kunnen echter per boomsoort verschillen. Bomen zoals wilgen en elzen kunnen bijvoorbeeld voor een lange tijd onderwater staan zonder noemenswaardige problemen. Ruwe berken kunnen prima natte bodems verdragen maar niet voor een te lange periode. Beuken en sparren verdragen daarentegen heel slecht wateroverlast en de eik houdt weer niet van grote grondwaterschommelingen.

Hoogwater in bospercelen. Fotograaf: Vincent Troost

Ook kortere periodes van wateroverlast kunnen effecten hebben. Dit biedt bijvoorbeeld kans op ontwikkeling van schimmels zoals Phytophthora. Deze kan weer bloedingsziekten veroorzaken bij verschillende bomen.

Het is een complex verhaal met veel verschillende factoren. Effecten op het bos kunnen op bijna elke vierkante meter weer anders uitpakken. Wat dit op de lange termijn voor het Horsterwold en Hulkesteijnsebos betekent zal de tijd ons moeten leren. Wel weten we dat negatieve effecten op bomen zich voornamelijk in het groeiseizoen voltrekken. Zo kan één en dezelfde wilg in de winter een lange periode van wateroverlast verdragen maar kunnen na 3 weken van wateroverlast in het groeiseizoen de eerste signalen van een verminderde vitaliteit zichtbaar zijn.

Boomsterfte

Wat we wel weten is dat onze bossen momenteel onder druk staan. De groeiplaatsomstandigheden veranderen soms sneller dan dat de bomen zich kunnen aanpassen. Dit kan zijn door het veranderende klimaat maar ook door uitzonderlijke situaties zoals in 2023 het geval was met de regen. Het bos moet steeds vaker en meer incasseren. Dit gaat deels ten koste van de vitaliteit van bomen. Zwakke bomen zijn vatbaarder voor ziekten en aantastingen. In veel gevallen is sterfte het gevolg.

Dat zegt vooral iets over de veranderingen die momenteel gaande zijn. Hoewel wij als ‘kort verblijvende gast’ in de levensloop van de boom daar soms aan moeten wennen, is boomsterfte een heel natuurlijk proces. Het is ook één van de meest belangrijke processen in het bosecosysteem. Bomen kunnen heel oud worden maar we vergeten wel eens dat voordat ze sterven, ze nog decennia aan het aftakelen kunnen zijn. Dit is een levensfase waarin ze ecologisch het meest interessant zijn. In de boom komen allemaal verschillende niches die weer hun eigen specialisten aantrekken. Kroondelen sterven af wat specifieke insecten en kevers aantrekt. Er breken takken uit waarvan de wonden gaan inrotten. Hier vinden we na verloop van tijd holtes waar vleermuizen, marters, uilen en spechten gebruik van maken. Zelfs als de boom op een zeker moment omvalt kan hij nog decennia een bijdrage leveren aan het ecosysteem door nutriënten af te geven aan de bodem en in elk stapje van het verteringsproces weer zijn eigen doodhoutspecialisten aantrekt.

Boomsterfte is dus lang niet altijd negatief in een bosecosysteem!

Dood hout leeft. Fotograaf: Lisa Wassenaar

Kunnen wij een handje helpen?

Dat kan zeker! Onze Flevolandse bossen zijn erg monotoon en gelijkjarig aangeplant. Inmiddels weten we dat dit onze bossen kwetsbaar maakt zoals te zien is bij de essentaksterfte en verdroging in de sparren. Boomsterfte in een goed functionerend ecosysteem is op zichzelf iets positiefs, maar als het hele bos op hetzelfde moment het lootje legt als gevolg van hoe we destijds de bossen hebben aangelegd, niet. Dit omdat dan ook andere functies van het bos in gevaar komen zoals biodiversiteit, koolstofvastlegging, productie- en recreatiemogelijkheden.

Daarom werken we hard aan gemengde bossen met veel verschillende boomsoorten. Zo stellen we in bestaand bos de al aanwezige mengboomsoorten vrij van concurrentie zodat ze gegarandeerd blijven, ook planten we zaadbronnen (individuele bomen die gaan uitzaaien) voor toekomstige mengboomsoorten aan. Daarnaast hebben we aandacht voor bosstructuren zoals open plekken en meerdere leeftijdslagen. We proberen eigenlijk alle facetten van bosontwikkeling in meerdere boomlagen binnen hetzelfde bos plaats te laten vinden. Zo kunnen er na verloop van tijd nieuwe bomen ontkiemen onder het beschermende kronendak van de volwassen bomen. Deze bomen staan dan in de ‘wachtkamer’ totdat ze een kans krijgen om door te schieten, bijvoorbeeld als er sterfte optreedt in de heersende boomlaag.

Inkuilen van bosplantsoen. Fotograaf: Lisa Wassenaar

Op deze manier werken we toe naar een robuust bos wat beter bestand is tegen de snel veranderende externe factoren. Een robuust bos waar we van kunnen genieten, biodiversiteit herbergt, Co2 vastlegt, mooie producten levert en waar ruimte is voor aftakeling. Een bos waar we boomsterfte weer als een positief verschijnsel kunnen benaderen!

Voordelen van de huidige situatie zijn er ook. Zo zijn de grondwatervoorraden weer ruimschoots aangevuld en hebben we voor het geval ons weer een droog voorjaar en zomer te wachten staat, een mooie waterbuffer. En die natte voeten tijdens de wandeling? Zie het als een klein duwtje van moeder natuur, die ons weer even op onze plek zet en ons laat beseffen dat we slechts te gast zijn als momentopname in de lange tijdlijn van een complex ecosysteem!

reageren

geef een reactie

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog