De dagen lengen, de zon wint elke dag iets meer in kracht en de vogels beginnen weer volop te zingen in de morgen. Langzaam komen de eerste zomervogels terug uit het zuiden. Het voorjaar komt eraan! Wie nu regelmatig buiten is, zal best wel eens een klomp doorzichtige gelei tegenkomen. Vroeger werd er gedacht dat dit afkomstig was van heksen. Een andere theorie was dat dit overblijfselen waren van vallende sterren, maar wat is dit nu toch voor een vreemd goedje?

Ontwakende kikkers
Elk jaar, wanneer de temperaturen weer stijgen, worden de kikkers en padden weer wakker uit hun winterslaap. Vanuit het winterverblijf trekken de dieren dan richting het voortplantingswater om te zorgen voor nageslacht. De tocht naar het voortplantingswater is een gevaarlijke tocht, want door de relatief koude temperaturen zijn de dieren nog traag en vormen een eenvoudige prooi voor (blauwe) reiger, buizerd, vos of bunzing.

Buik vol eieren
De vrouwelijke kikkers zitten op dat moment al vol met eieren. Dit bestaat dan nog uit twee delen. De eieren en het doorzichtige ei-omhulsel. Het ei-omhulsel zwelt op bij aanraking met vocht. Dit wordt door middel van een aparte klier aan het ei toegevoegd. Normaal gesproken pas wanneer het kikkerdril wordt gelegd.

Alles loopt anders
Een kikker onderweg naar het voortplantingswater wordt door een reiger opgegeten. De kikker zit op dat moment nog vol met eieren. Tijdens het verteren van de kikker komt er vocht bij het ei-omhulsel, wat daardoor opzwelt. Dit neemt enorm in volume toe en is niet te verteren. De reiger heeft geen andere keus dan het hele goedje weer uit te braken. Dit vinden wij dan terug in het veld als sterrenschot.