Kwartelkoning in de Stille kern
Afgelopen week kregen we de melding dat er in de Stille Kern vermoedelijk een kwartelkoning was waargenomen. Nieuwsgierig dat ik ben, ben ik maar eens gaan luisteren of dit werkelijk zo is.
Jaarlijks worden er in Nederland kwartelkoningen geteld. Een zeldzame soort die op steeds minder plekken te horen is. In het Engels heet de kwartelkoning “Corn crake.” Hieruit kun je opmaken dat de vogel regelmatig te vinden is in graanpercelen. Kijk je ook nog eens naar de Latijnse naam, dan kun je het geluid van de kwartelkoning er weer in terug vinden; Crex crex. Het geluid doet een beetje denken aan het geluid dat je kunt maken door met je nagel over een kam te strijken. De Nederlandse naam kwartelkoning is ontleend aan een Griekse sage waarin de kwartelkoning deel uitmaakt van een zwerm kwartels, waarvan hij de grootste is en de koning. De vogel heeft een groot aantal bijnamen in diverse streektalen en dialecten zoals kwakkelkoning, hooistek, schriek, grasknirper en spriet.
Het voedsel van kwartelkoningen bestaat uit wormen, slakken en (grotere) insecten.
Kwartelkoningen zijn nauw verwant aan waterhoen en meerkoet en verblijven een groot deel van het jaar in Afrika. Alleen in de periode eind mei tot september komen in ons land om er hun broedsels groot te brengen. Dit zijn er meestal twee. In september moeten de kuikens groot genoeg zijn voor de lange weg naar Afrika.
De Nederlandse kwartelkoningen broeden vooral in graslanden die als hooiland worden beheerd. Hier zijn ze relatief veilig, doordat deze percelen vaak pas na augustus gemaaid worden. De meeste kwartelkoningen hebben dan hun jongen groot en zijn al weer bezig met de trek naar Afrika. Langs de rivieren leven kwartelkoningen vooral in natuurontwikkelingsgebieden die in de afgelopen 10-15 jaar zijn ingericht. Deze natuurontwikkelingsgebieden worden vooral beheerd met behulp van grazers als Koninkpaarden, Schotse Hooglanders en Galloways. Door die begrazing ontstaat in veel gebieden een mozaïek van ruigtes en grazige plekken. Mits de vegetatie niet te dicht, of niet te open is, vormen deze natuurgebieden aantrekkelijk broedterrein voor kwartelkoningen. Ze worden namelijk niet gemaaid of anderszins bewerkt, zodat de legsels en kuikens geen gevaar lopen. De Stille Kern kun je qua vegetatie en beheer vergelijken met de uiterwaarden.
En tijdens het luisteren……. Ja echt, ik heb de kwartelkoning, zij het kort, gehoord! Wij zijn er enorm trots op dat we deze soort in onze terreinen mogen verwelkomen en hopen dat we ook in de komende jaren kunnen genieten van deze soort. Zien zullen we de kwartelkoning niet vaak doen, maar horen vanaf de Flediteweg is zeker in de late avond- of vroege ochtenduren mogelijk!
Tjibbe Hunink
Boswachter Ecologie
geef een reactie