Bomen van Betekenis #7 Nieuwe bossen in Rivierengebied-West
In de Nationale Bossenstrategie (2021) zijn het Rijk en de provincies onder meer overeengekomen dat er in Nederland 37.000 hectare nieuw bos moet komen. De Bossenstrategie maakt deel uit van het Klimaatakkoord en heeft als belangrijkste doel het vastleggen van koolstofdioxide. Maar bossen kunnen natuurlijk nog veel meer voordelen hebben, voor bijvoorbeeld recreatie, biodiversiteit en verfraaiing van het landschap.
Besef wel: je kunt niet zomaar overal bos aanplanten: soms past het cultuurhistorisch niet of is de grond bedoeld voor andere doelen, ook moet er ruimte blijven voor andere natuurtypes (zoals heide) en daar worden soms zelfs bomen voor gekapt. Bij beslissingen over nieuwe boslocaties gaat Staatsbosbeheer niet over één nacht ijs zag ik afgelopen woensdag met Linde Gommers, coördinator nieuw bos in Gelderland.
Wat vooraf gaat
De eerste locatie die we bezoeken is een weiland op landgoed Soelen in de gemeente Buren. Vandaag is daar een Boomfeestag: kinderen van alle groepen van een naburige school zetten als eerste nieuw plantsoen in de grond. Voor het zover was, doorliep Linde een heel traject: de eerste check is of het bestemmingsplan het toelaat, wat in dit geval zo was. Wel moest er een omgevingsvergunning aangevraagd worden. Dan zijn er allerlei cultuurhistorische checks: het nieuwe bos mag geen oude zichtlijnen op het landgoed verstoren. Ook moet rekening gehouden worden met het molenbiotoop van de De Korenbloem. Wil die goed functioneren dan moet er niet een bos staan dat de windvang belemmert. En dan is er de archeologie: diepwortelende bomen kunnen het bodemarchief verstoren. In een verkennend onderzoek concludeerden experts dat op een hoek van het weiland de verwachtingen hoog zijn en die wordt dus uitgespaard in de beplanting. Tot slot ligt er langs het weiland een brede waterloop. Daarlangs moet voor het waterschap een onderhoudspad zijn, dus er wordt niet direct aan de rand ingeplant.
Alvorens je kunt planten moet je de bodem soms bewerken. Zeker wanneer kinderen in de zware rivierklei moeten gaan scheppen, helpt het als er gefreesd is. En er moet natuurlijk plantsoen zijn! Bomen voor het grote middendeel en daaromheen een rand struiken zodat je een mooie en ecologisch rijke zoom krijgt. Dat plantsoen wordt via een aannemer betrokken bij een afdeling van Staatsbosbeheer: Zaad en Plantsoen. Ook dat vereist nauwkeurige planning: het streven is om met autochtoon materiaal te werken en wanneer door een aantal opeenvolgende droge zomers geen zaad te oogsten viel van bepaalde soorten, dan zijn er ook geen boompjes opgekweekt. Daarnaast worden enkele soorten geplant die van oorsprong niet in Nederland voorkomen, zoals tamme kastanje en tulpenboom. Die zijn passend in deze cultuurhistorisch waardevolle omgeving.Het planten
En dan is er feest! Staatsbosbeheerders en vrijwilligers staan klaar om zo’n 75 kinderen en hun begeleiders te ontvangen. Eerst is er uitleg van de boswachter die duidelijk maakt dat de hele wortelkluit goed bedekt moet zijn na het planten. En uiteraard is er dan een wethouder die de officiële aftrap doet. Al snel wordt duidelijk dat het eigenlijk Struikfeesdag is: er wordt begonnen met de zoom van het bos. Over de hele lengte van het perceel ligt het plantsoen klaar, Staatsbosbeheer levert extra plantschoppen maar de meeste kinderen namen zelf al materiaal van huis mee. En dan gaat het los. Het planten is niet moeilijk, maar het wordt toch een hele uitdaging: door de vele regen is het terrein een groot modderbad. Kindervoetjes in korte laarsjes blijven soms steken in de klei, een jongen in nieuwe witte sneakers ziet het even niet meer zitten en zelf heb ik ook de blubber tot aan mijn oren zitten.
Maar dan toch: al na korte tijd is een enorme strook ingeplant en is er limonade en een appel voor iedereen die meewerkte. De schoppen staan in de grond en we kijken uit over een veld van staakjes. Dat heeft iets heel bevredigends en ik begrijp meteen hoe mooi het is om vaker terug te komen op een plek waar je iets geplant hebt. Er is daar ook meteen een verhaal begonnen.Ik krijg ook nog een toegift. De aannemer rijdt een paar stroken met de plantmachine. En dat levert een beeld op van hoe het ook al decennia geleden ging in de bosaanleg. Op de machine zit een planter, met voor hem een bak met het plantsoen, naast hem draait een schijf die een voor trekt in de bodem. Hij hoeft de boompjes er maar in te zetten en de persoon die gelijk oploopt met de machine trapt de grond aan rond het boompje.Nieuw bos op oude grond
Na het feest in de modder en de regen wacht mij nog veel meer nattigheid. De Rampert, in de Bommelerwaard, die moet ik zien van Linde. Dit stuk komgrond is zo nat dat het buiten de ruilverkavelingen is gebleven. Aan de rand ervan bevindt zich een flink rivierduin dat in de prehistorie bewoond was. Daar mag geen beplanting plaatsvinden. Maar verderop zijn nieuwe bossen aangelegd, op oude bosgroeiplaatsen overigens. Ze ogen nog heel iel, zeker met die grote, uniforme bosblokken die je aan de horizon ziet -dat is de landschappelijke stoffage uit de tijd van de ruilverkaveling.
Wat mij vooral bezighoudt is hoe fraai oude elementen zijn meegenomen in de nieuwe structuur. Het gaat dan niet om wettelijk beschermde zaken, maar gewoon om dingen die het landschap geleden en het oog plezieren. Zo is er de greppel-talud afwisseling van een voormalig rabattenbos. In de laagtes ziet het al groen van het loof van de lissen. Geef dit terrein wat tijd en je hebt een sprookje.
Ik krijg college over de aanplant, waarbij ik mij opnieuw verbaas over de enorme aantallen bomen die de grond in gaan. Op het rabattendeel alleen al:
Winter linde 175
Zoete kers 175
Zomereik 3300
Haagbeuk 1650
Zachte berk 1250
Zwarte els 1250
Eenstijlige meidoorn 175
Hazelaar 175
Populier 298
Op een aangrenzend stuk zijn oude fruitbomen blijven staan en hun silhouetten doen het nu wonderschoon op dit nog wat lege land. Tot slot is er een écht nat deel. Zelfs laarzen voldoen daar niet overal. Waar dat kon, zijn in 2021 wel bomen geplant, door een sponsor in dit geval, die het perceel ook kocht en om niet aan Staatsbosbeheer in erfpacht gaf. Maar het gaat niet alleen om geld. Van Linde hoor ik dat werknemers van het donerend bedrijf zo betrokken zijn dat ze regelmatig terugkomen naar hun bos, dat alleen nog maar bestaat uit kleine zwarte elzen. Dat begrijp ik inmiddels helemaal. Ik ga later dit jaar weer naar Soelen: zijn mijn struiken aangeslagen?
geef een reactie
Els van Hove
Een enthousiast verhaal en ere wie ere toekomt! In een grijs verleden heb ik lang in deze streek gewoond en kan me goed indenken dat de nieuwe beplanting in de toekomst een welkome aanvulling zal worden voor flora en fauna, alsmede voor de mensen die er plezier van hebben.
Na 16 jaar in Frankrijk gewoond te hebben zijn we zo’n 5 jaar geleden weer in Nederland beland. Dit keer werd Zuidwolde in Drenthe onze woonplaats.
We hadden lang gezocht naar onze ideale nieuwe stek en uiteindelijk gevonden: brede straten, hoge bomen en tuinen met veel bloeiende struiken.
Met name de bomen deden het hem, daar ben ik op een of andere manier gek op.
Maar nu, 5 jaar later, ben ik best wel een beetje teleurgesteld:
veel oudere mensen zijn inmiddels overleden en zodra er nieuwe mensen in de vrijgekomen huizen arriveren is het eerste wat zij doen: de grote bomen kappen.
De bomen zijn een doorn in het oog, geven te veel rommel of nemen te veel licht weg. Inmiddels begint het goed kaal te worden.
Ooit, in de tijd dat ik in de Betuwe woonde, was kappen van een boom iets waar
voor op zijn minst een vergunning voor nodig was.
Jammer ….
Willemijn Soer
Dank voor de mooie rapportage van wat er op het gebied van bomen gebeurt. Mijn biografie speelde zich af in Rotterdam en Nijmegen, ouderdom in Zeist. Toch zijn de bomen uit mijn Rotterdamse en Nijmeegse jaren mij het langst bijgebleven: solitairen als de Wonderboom in de omgeving van Nijmegen en in Rotterdam de Wilhelmina(?)boom?