‘Dát wil ik later worden!’ Hoe ik dankzij mijn opa boswachter werd

Kees van Son naast het portret van zijn opa. (Foto: Staatsbosbeheer)
Laatst werd mij gevraagd waarom ik boswachter wilde worden. En of ik dat wilde tijdens een openbaar Bosdebat in het kader van het 125-jarige bestaan van Staatsbosbeheer. De opdracht was om mijn verhaal te vertellen aan de hand van een voorwerp. Het is een heel persoonlijk verhaal geworden en het onderwerp is een beetje groot uitgevallen. Het gaat namelijk over het schilderij van mijn opa. Het verhaal ligt me na aan het hart en daarom deel ik het ook graag via dit boswachtersblog.
Het schilderij in kwestie niet zomaar een voorwerp. Het is voor mij een dierbaar onderwerp. Ik wil u voorstellen aan Kees van Son, mijn opa. Naar wie ik ben vernoemd. Het schilderij hing in het trapgat in het huis waar ik opgroeide in Bergen, Noord-Holland. Ik zag het elke dag als ik ’s avonds naar mijn bed ging.
‘Dat wil ik worden’
Mijn opa heb ik helaas niet gekend; hij overleed toen ik 2 jaar was. Ik was 4 jaar toen ik, gevormd door alle verhalen over opa Van Son, wijzend naar het schilderij voor de eerste keer tegen mijn moeder zei: “Dát wil ik ook worden!”. Waarom mijn opa op het schilderij een groen pak aan had en waarom hij een geweer droeg wist ik toen nog niet. Hij hield van vissen, van jagen en van buiten zijn. Zijn jachtgebied was het zuidelijk deel van de Schoorlse Duinen, waar hij dan ging jagen met vrienden.
Alleen: opa Van Son was géén boswachter. Hij was kruidenier en had een winkel in het centrum van Bergen, tegenover de Ruïnekerk. Stiekem denk ik dat hij veel liever boswachter was geworden, want zoals u al wel begrijpt: hij was een groot natuurliefhebber.
Door dit schilderij en de verhalen over mijn opa wist ik dus al op jonge leeftijd wat ik later wilde worden. Dít wilde ik worden en ik heb daar nooit aan getwijfeld! Ik heb dus nooit studie-keuzestress ervaren.
Hoe ik boswachter werd
Een goede leerling was ik niet op de lagere school; elk jaar stond er op mijn eindrapport: “Kees ziet alle vogeltjes vliegen!”. Ik ging 6 jaar lang over met de hakken over de sloot. Totdat ik uiteindelijk naar de Land- en Tuinbouwschool ging en met mijn handen mocht leren. Vervolgens de Bosbouwtechnische school in Apeldoorn. Daarna ging ik naar Velp voor de Middelbare Bosbouw- en Cultuurtechnische School.
Later, zo rond mijn vijftigste kwam ik erachter dat het niet aan mijn intelligentie lag dat ik geen goede leerling was, maar aan een concentratiestoornis: dat was een hele opluchting!
Het duurde toch nog even voordat ik als boswachter aan het werk mocht bij Staatsbosbeheer. Maar ik ben blij dat het uiteindelijk lukte om in Zuidoost Friesland boswachter te worden. En ik eindig mijn carrière als boswachter publiek in Nationaal Park Drentsche Aa.
Groene kinderen
Om de cirkel rond te maken zijn mijn kinderen ook weer in mijn voetstappen gestapt: Lisa is in Wageningen afgestudeerd als mariene bioloog. Ze maakt de mooiste avonturen mee als water-ecoloog bij Aquasense. Koen is na Hogeschool Van Hall Larenstein werkzaam als projectmedewerker bij Sweco. Hij weet inmiddels alles van vleermuizen, huismussen, egels en nog veel meer. En mijn dochter Fleur? Die heeft gewoon haar naam mee!
geef een reactie
Marten
Reageren kan gelukkig weer, mooi levensverhaal van je Kees.
Alsof ik je hoor praten.
Mooi ook je spiegelen met je opa .
De appel en jouw appels vallen dan dan niet ver van de boom.
Kees van Son
Dankjewel, Marten! We hebben ze het met de paplepel ingegoten.
Piet Westbroek
Reageren kan weer ! Da’s mooi ! Dank aan Kees !! Wederom weer een boeiend en leerzaam verhaal…
Het moge duidelijk zijn dat boswachter worden niet voor iedereen is weggelegd. Evenwel is het ‘natuurlijk’ wel zo dat een ieder haar/zijn steentje bijdragen aan instandhouding ervan.
Al ben ik dan zelf tot aan mijn pensioen werkzaam geweest in een gerenommeerd garagebedrijf, sleutelen aan auto’s, apk’s etcetera, is er altijd volop belangstelling geweest voor de natuur in het kader van alles ‘wat-groeit-en-bloeit’.
Veelal kamperen op Natuurkampeerterreinen met een stipnotering voor de terreinen van Staatsbosbeheer vloeide hier vervolgens uit voort. Doordrongen raken van natuurbelang. …We kunnen immers niet zonder toch… Zo mogen we hier in mijn woonplaats Krimpen met een bevlogen ploeg vrijwilligers in de natuurrijke gebieden (zijn er gelukkig nog) regulier wilgen knotten en verwante werkzaamheden uitvoeren.
Mooi toch !!!?!!! Een groet uit Krimpen a/d IJssel, Piet
Marten
Ha zo zie je maar Piet, ook al lopen de hazen anders in het leven en was techniek jouw dagelijks brood.
De natuur is gelukkig altijd om ons heen, als je het maar wilt zien.
Over appels en een boom gesproken.
Mijn ene opa had een bakkerij de ander was kok.
Zoete appels dan maar
Piet Westbroek
Marten…dank…zien uit ook naar je bekende blogs… Groet, Piet
Kees van Son
Dank weer voor je reactie, Piet!!
Wat leuk om te lezen dat je je in je vrije tijd ook bezig houdt met natuurbeheer! Ik heb veel respect voor mensen die zich in hun vrije tijd met natuurbeheer en -behoud bezighouden. Dat kweekt meer respect voor natuur en vele ‘ambassadeurs’ voor de natuur, dat is hard nodig!!