Interessant vogeljaar voor het Bargerveen
Ondanks de werkzaamheden in het Bargerveen heeft 2020 voor een zeer interessant vogeljaar gezorgd. Door de jarenlange werkzaamheden is het leefgebied vergroot en interessanter geworden door andere omstandigheden in de randgebieden bij de buffers.
De buffers zijn aangelegd voor waterhuishouding, maar brengen ook direct een leefgebied met voedselrijkere omstandigheden met zich mee. De invloed van grondwater, maar ook het water dat door sloten wordt meegenomen zorgt voor aanvoer van een hoop voedingstoffen. Daarmee krijgen we een ander biotoop dan in het voedselarme hoogveen, met riet en wilg en andere plantensoorten. En daar komen ook meer insecten, meer soorten vlinders, libellen en dus ook meer soorten vogels op af. Dat zien we terug in de tellingen.
Effect werkzaamheden
Van te voren is goed afgewogen om de werkzaamheden in het zuidoostelijke deel van het Bargerveen ook tijdens het broedseizoen door te laten gaan. Het resultaat: veel soorten hebben het goed gedaan en er zijn zelfs twee vogelsoorten ontdekt die hier nog niet eerder waren gezien.
Erik Bloeming is ranger-boswachter bij Staatsbosbeheer en Natuurpark Moor-Veenland en telde in 2020 voor het dertigste jaar broedvogels in het Bargerveen. Hij geeft voor het deelgebied Schoonebeekerveld Oost een inkijkje van welke vogelsoorten territoria zijn vastgesteld. In totaal zijn er dit jaar 70 verschillende soorten geïnventariseerd. In 2019 waren dit er 68. Maar vooral de stijging van ruim 300 territoria (naar totaal 1418) ten opzichte van 2019 was opvallend.
Wat was opvallend dit jaar?
- Kolgans: dit is een nieuw broedsoort voor het Bargerveen. Waarschijnlijk slechts een ‘broedverdachte vogel’ op een mogelijke nestlocatie. Jongen zijn helaas niet vastgesteld.
- Kleine plevier: als een echte ‘pioniersoort’ dit jaar weer terug met vier vastgestelde broedpaartjes. Dit is te danken aan de drooglegging van de zuidelijke veenputten waardoor er tijdelijk geschikt broedbiotoop beschikbaar kwam.
- Waterral: hiervan zijn er 16 al ‘krijsend en knorrend’ gehoord. Vorig jaar waren dit er 8.
- Veldleeuwerik: dit jaar zijn er 20 gespot, vorig jaar waren dit er vijf. We zien ze voornamelijk in de zuidoosthoek, op de tijdelijke, ruige, kruidenrijke akkers.
- Boompieper: 91 territoria vastgesteld, vorig jaar waren dit 59.
- Blauwborst: 84 zingende mannetjes gespot, vorig jaar lag het aantal op 53.
- Grasmus: 111 territoria, vorig jaar waren dit er 62.
- Fitis: op 272 locaties vastgesteld, vorig jaar 201. Daarmee wederom de algemeenste zangvogel in het Bargerveen, met in totaal in 2020 zelfs 886 territoria!
- Roodborsttapuit: 40 paartjes met diverse uitgevlogen jongen gezien, vorig jaar 34.
- Kneu: 24 keer zingend op vaste plekken gezien, vorig jaar 16. Ook deze soort lijkt te profiteren van toenemend voedselaanbod op (tijdelijk) verruigde en kruidenrijkere akkers en weilanden door de herinrichtingswerkzaamheden.
geef een reactie
Hans Reusch
Lopen al jaren met veel plezier in boswachterij Ruinen. Gezien dat al veel slechte banken zijn vervangen. Alleen rond de Gijsselterkoelen staat nog “wrakhout” ?. Wanneer is dat aan de beurt? Mvg Hans Reusch
Piet Westbroek
‘Bomen over vogels’ ! Niets mis mee !! Voelen zich dus ook in het Bargerveen ‘prima-thuis’ !!! Gaan we dus een keer bezoeken !
Heb je een vogelvriendelijk tuin ingericht (aanbevelenswaardig overig) dan begint het genieten van deze prachtige beestjes al vaak thuis.
Let er eens op hoeveel ‘lijn’ er in het gedrag ook van vele gevleugelden zit.
In het voorjaar bijvoorbeeld hun jonkies zien voeren. Wat een verantwoordelijkheid hebben ze vaak om hun kroost van voedsel te voorzien.
En dreigt er gevaar dan is er aan bescherming veelal geen gebrek.
Je moet er oog voor hebben maar wat is dit allemaal mooi !!