Ook het fort is nu een kunstwerk
Het is oogsttijd in de Betuwe. Kilometer na kilometer: appelrood tegen een blauwe lucht. Wat een rijk landschap is dit. Aan de Langendijk in Acquoy ligt Kunstfort Asperen, al dertig jaar een plek voor uitzonderlijke tentoonstellingen en manifestaties. Met het nabijgelegen Leerdam is het logisch dat er vaker aandacht was voor glaskunstenaars. Maar ik herinner me ook Peter Greenaway die met lichtprojecties een zondvloed over het fort uitstortte. En dit jaar was er nog het succesvolle Gimme Shelter.Het fort maakt deel uit van de Nieuwe Hollandse Waterlinie en werd tussen 1845 en 1850 gebouwd. De linie had inundatie als belangrijkste verdediging: je zet het land onder een laag water. Zo’n veertig centimeter is genoeg om het gebied ontoegankelijk te maken voor infanterie en cavalerie. En het is net te ondiep om te bevaren. Maar hier ligt de dijk behoorlijk hoog in het landschap en je kunt met je boot de Linge op. Waar inundatie niet werkt, en er sprake is van een acces of toegang, verrezen forten. Asperen is een torenfort, en dat is nogal wat: 33 meter in doorsnee, drie etages hoog en met muren van anderhalve meter. Waar andere type forten verdekt in het landschap liggen, staat een torenfort stoer te wezen. Dat bleek niet de beste strategie te zijn. Er kwam steeds sterker geschut. Het gebouw zou er nooit tegen bestand geweest zijn. Uiteindelijk maakte oorlogvoering vanuit de lucht de hele linie overbodig.Het fortterrein is recent flink opgeknapt. De oude Wapenloods is sinds 2013 een lichte ruimte met vernunftig ingepaste horeca. De gracht is uitgebaggerd en de omwalling is weer een aaneenschakeling van messcherpe taluds.
Het torenfort bestaat uit drie ringen: een centrale schacht voor licht en lucht, daaromheen een gang en dan een buitenste cirkel met vertrekken. De schacht heeft nu, na elf jaar plannen maken, vergunningen aanvragen en meer van dat soort zaken, een schitterende bekroning gekregen in de vorm van een koepel. Die is ontworpen door Peter van Assche van bureau SLA. De koepel moet het fort vrijwaren van weersinvloeden maar tegelijkertijd moeten vleermuizen wel nog naar binnen kunnen. Van Assche lijkt niet veel moeite te hebben gehad met deze vereisten. Hij kwam met een briljant en wonderschoon ontwerp. Zijn koepel bestaat uit twee schillen: een ijzersterke (maar houten) constructie waarbinnen een geraamte hangt, dat is gedekt met glazen ‘leien’. Met veel technische ondersteuning van het Nationaal Glasmuseum in Leerdam werd hier iets groots verricht. Alle 600 glasplaten zijn door ‘gewone’ mensen versierd. Zo’n dertig scholen deden mee en ook bejaardenhuizen leverden glaskunstenaars.
Een ‘klassieke’ dichte koepel rust vaak op een ring (tamboer genoemd), een soort onderrand waarin je ramen kunt aanbrengen zodat het licht mooi binnenstroomt en de koepel lijkt te zweven. Bij een glazen koepel heb je dat effect al bijna vanzelf. Maar het ontwerp van Van Assche wordt nog ‘geholpen’ door de bestaande architectuur van het fort. De gemetselde schacht kraagt bovenaan heel fraai iets naar binnen. Daar hangt altijd wat schaduw. En dan het licht daarboven! Je zou er religieus van worden. Een koepel is toch de hemel die de mens zichzelf bouwt.
geef een reactie