Kleuren uit de natuur
Uienschillen zijn misschien wel de bekendste natuurlijke verfstof. Je kunt ze prima gebruiken om je paaseieren een geel-bruin gemarmerd effect te geven. (En met rode bieten, bessen en spinazie verschijnen er prachtige zachte kleuren op de eieren). Maar om textiel te verven schijnen uienschillen niet geschikt te zijn. Het resultaat is niet kleurvast. Dat las ik in een oud interview met Annie Vriezen, de textielkunstenares die op de Allersmaborg woonde. Zij oogste wel van alles en nog wat van het borgterrein om er verfsoepen van te koken. Fluitekruid, in overvloed aanwezig daar, raadde zij aan voor mooie groenen. Dat blijkt geen onzin te zijn, meldt de site van The Dutch Cottage. De schapenhouders en wolververs van dit bedrijf hebben precies uitgezocht hoeveel kleurstof en beits je nodigt hebt, en hoelang een verfbad moet duren, om textiel een bepaalde kleur te geven. Dat ‘cochenille’ dat je onder het fluitekruid en IJslands mos ziet, dat is het beroemde karmijn. Het wordt gewonnen uit luizen (Dactylopius coccus) die op cactussen leven, oorspronkelijk in midden- en zuid-Amerika. Cochenille is de meest stabiele natuurlijke kleurstof, dat wil zeggen dat de intensiteit weinig afneemt onder invloed van licht, lucht of warmte. Dat de luizen, en hun eieren nog steeds worden gebruikt in de voedingsindustrie veroorzaakte enkele jaren geleden een relletje. Bleek dat piment in de olijf niet bestond uit paprika, zoals het hoort, maar uit algen die rood geverfd worden met luizen.
Kleur uit de natuur wordt kunst bij Nan Groot Antink. Werk van haar is nu te zien bij Galerie Sanaa in Utrecht. Op monochrome doeken kun je zien wat een bad in meekrap, wede, indigo of moerbei teweegbrengt. Maar monochroom is eigenlijk niet het juiste woord. Er zijn eindeloze nuanceringen in de kleur te ontwaren. Binnen de lijst, leeft de kleur. En dan! Groot Antink ging op reis naar Japan en Afrika. Het zwart uit Japan (het woord nachtblauw is niet aanstellerig om die kleur te beschrijven) past ze toe op weefsels van de Dogon uit West-Afrika. Ook hier weer: niks egaal vlak. De weefsels bestaan uit aan elkaar genaaide stroken, dus er is een subtiel reliëf. Maar ook de verf zelf heeft diepte. Je kunt voor zo’n doek gaan staan en verzinken in kleur.
In Afrika leerde ze ook de zogenoemde modderdoeken kennen. Die zijn meestal vrij los geweven en gekleurd met aarde. Traditioneel worden er via allerlei technieken, waaronder een vorm van tie-dye, geometrische patronen aangebracht, waardoor ritme ontstaat. Bij het topstuk van de tentoonstelling, een compositie van horizontale en verticale strepen in zwarten en bruinen, lijkt het alsof de kunstenaar de modder niet helemaal van het doek gespoeld heeft. Bij een sculptuur zou je spreken van een kroetpatina (van het franse croûte, broodkorst). Ik moet me bedwingen om het niet aan te raken.
In Utrecht maakte Groot Antink een geweldige installatie in het raam van de galerie. Het is een soort werktafel met dozen, kisten en zakken vol aarde, gallen, bladeren, schillen, zaden. En in grote glazen potten, die ze steeping pots noemt, zie je stukken textiel met die verfstoffen. Het heeft iets van alchemistische tover, maar het is gewoon de natuur, aan het werk gezet door een kunstenaar met echt gevoel voor materiaal.
Van alle kanten hoor ik dat Nan Groot Antink geweldig kan vertellen over haar kunst. Zondag 29 maart is er in de galerie een artist talk met haar.
Naast de afbeelding met het zwarte en gele vlak: een foto van Myriam Mihindou van wie nu ook werk te zien is in Utrecht.
geef een reactie
meta
Painting plants is ook bezig met verfstoffen uit de natuur, ook om mee te drukken e.d.
https://www.facebook.com/PaintingPlants/photos_stream?ref=page_internal
grt, meta
Hans van Rooijen
Ha Marcel ,
Weer een erg interessante blog over natuurlijke verfstoffen.
Wie ook veel gebruik maakt van natuurlijke verfstoffen is Claudy Jongstra, een kunstenares die gebruik maakt van wol en vilt en zelf de planten kweekt waaruit ze de verf haalt. Werk van haar hangt oa in het VN gebouw in New York, maar ook in ziekenhuizen en gemeentehuizen in Nederland. Je kent haar vast!
Groet
Hans van Rooijen