Een god van gister?
“Afraid! Of Him? O, never, never! And yet – and yet- O, …I am afraid!” Deze zin komt uit een van de meest geliefde kinderboeken van de twintigste eeuw, The Wind in the Willows(1908). Geweldig, de scène waarin Mol en Rat tijdens een zoektocht naar een ottertje aanleggen op een eiland waar wilde appel en kers en sleedoorn groeien. En daar onmoeten ze Hem (hoofdletter door auteur, Kenneth Grahame), als in een visioen;…the backward sweep of the curved horns…hooked nose between the kindly eyes..rippling muscles…splendid curves of the shaggy limbs disposed in majestic ease…Het is Pan! In aanbidding drukken ze zich tegen de aarde. Pan is de grote Helper van de dieren, tussen zijn hoeven vinden Mol en Rat het vredig slapende otterjong. Als in een sprookje zullen de dieren zich niets herinneren van hun ontmoeting met Hem.
Ongeveer in dezelfde tijd (1912) verschijnt Pan nog een keer in de Britse literatuur, in een perfect kort verhaal van E.M. Forster: The Story of a Panic (ook ons woord ‘paniek’ komt van Pan). Een net gezelschap Engelsen brengt tijd door in Italië – waar onstuimigheid en zedenloosheid altijd op de loer liggen. Tijdens een picknick is het alsof de natuur stilvalt, de lucht wordt zwart en een enorme angst overvalt de groep. Als die wegebt blijkt dat de suffe Eustace totaal veranderd is, hij danst, wil de bossen in, rolt over de grond als een hond. We komen niet te weten wat Eustace precies heeft gezien. Maar dat maakt het verhaal zo sterk. Pan heeft hier geen hoorns en bokkenpoten maar zijn aanwezigheid is voelbaar als een Natuurkracht. Forster houdt het onnoembare onbenoemd, de lezer mag zichzelf een beeld vormen van wat er gebeurde en daarin zoveel toelaten als hij zelf wil.
In 1913 schreef de duistere Aleister Crowley:
Io Pan! Io Pan! Come over the sea
From Sicily and from Arcady
roaming as Bacchus, with fauns and pards
and nymphs and satyrs for thy guards
Crowley, voor wie Pan en een hele schare demonen, goden en duivels, echt waren, spendeerde een groot deel van zijn leven aan het oproepen van deze figuren. Het lukte nooit. Is het niet op voorhand raar om de god van de wildheid te verordonneren?
Pan en de satyrs zijn er ook in de moderne kunst. Bijvoorbeeld bij de gefilmde performances van Matthew Barney (met een nadruk op het irrationele en grensoverschrijdende van de satyr) en in de film Pan’s Labyrinth. Maar hoe fraai en wijs ook, dat is mij allemaal wat te bedacht.
Is de grote god Pan dood? Tonen de goden zich überhaupt niet meer omdat we niet meer in hen geloven? Of kunnen we nog een glimp ontwaren van hun macht? Op zo’n moment in de natuur wanneer je, ergens tussen huiver en dankbaarheid in, voelt dat er iets gedeeld is. Dat ligt buiten het zegbare, en daarmee ook buiten het beschaafde.
geef een reactie
meta
Pan komt ook voor in (alweer) een kinderboek van Elisabeth Goudge: Linnets & Valerians.
meta
Pan komt ook voor in (alweer) een kinderboek van Elisabeth Goudge: Linnets & Valerians.