Brueghel en de Oostvaardersplassen
Frans Vera heb ik vaak gewaarschuwd als hij terugkwam van een trip naar het museum, stapeltje kunstkaarten in de hand. Meestal van schilderijen van Vlaamse en Hollandse meesters uit de zestiende en zeventiende eeuw. “Kijk”, zei hij dan, “op al die schilderijen zie je een mozaïek van boomgroepen en bosweides. Zo zag het landschap er toen dus uit.”
“Nee”, zei ik dan. “Het zou kunnen dat het er zo uitzag maar er is ook nog zoiets als schilderkunstige vrijheid. De maker componeert en verbeeldt meer dan dat hij topografisch correct weergeeft.”
En nu ga ik toch hetzelfde als Frans doen. In Lissabon zag ik een tentoonstelling over het Noordelijke landschap. De hele expositie was samengesteld met bruiklenen uit het Prado. En bij dit schilderij van Jan Brueghel de Oude (circa 1620) kon ik er niet omheen. Ik zag inderdaad een landschap waarin open, grassige stukken en clumps van bomen elkaar afwisselen. Precies zoals Frans vermoedt dat een natuurlijk landschap er ook uitzag. Dus van voor dat de mens zich er intensief mee bemoeide. Dat zo’n zestiende of zeventiende eeuws landschap daar nog steeds op kan lijken komt omdat de rol van bijvoorbeeld het oerrund, dat met zijn gegraas het landschap openhield, was overgenomen door gehouden vee.
Eh, maar dit is wel heel erg veel gehouden vee op dit schilderij! In het Prado heet het doek een beetje suf A Vida Campestre. In de duitstalige oeuvrecatalogus van Brueghel wordt het echter Flämischer Molkereibetrieb genoemd. ‘Betrieb’ zowaar, ja nogal wiedes dat je daarmee een open landschap creëert. En ook logisch dat alle vijanden van het vee uit dat landschap geweerd zijn.
Op de achtergrond zie je een kasteel met een lap bos eromheen. En gegarandeerd dat van daaruit op herten gejaagd werd. En kasteelheer en -vrouw zorgden er wel voor dat hun wildstand op peil bleef en niet verstoord werd door vos of wolf bijvoorbeeld. Kortom, we zien een volledig op menselijke wensen en behoeften ingericht landschap dat geen echo vormt van een natuurlijk landschap.
Dat neemt niet weg dat het interessant (en noodzakelijk) is om (graas)gedrag van dieren en het effect ervan op het landschap te blijven onderzoeken. Dat gebeurt ook wel maar de toon van het gesprek erover is nogal heftig en vaak grof. Dat komt – en dat is het enige positieve eraan – omdat natuur voor velen zo’n halszaak is.
Een beschaafd gesprek over wat natuur voor ons betekent zie je vanavond in ‘Dialoog met de natuur’, Nederland twee, 23.50 uur.
De film is opgenomen in de Oostvaardersplassen. Het gebied waar de gra(a)smat kaler is dan op dit schilderij. Natuurgebied of Naturbetrieb?
geef een reactie