Een groot uitgevallen kerststukje?
De Veluwe is met geen mogelijkheid wildernis te noemen. Daarvoor is de menselijke invloed in het gebied eenvoudig te groot. Zelfs ‘nieuwe wildernis’ klinkt een beetje als een kunstgreep. Maar toch, ik was er vorige week en de natuurervaring, om niet te zeggen wilderniservaring, was overweldigend. En dan heb ik nog niet eens zoveel wild gezien of gehoord -voor de burlende herten was het al te laat in het seizoen.
Vlak buiten Vierhouten bouwde Staatsbosbeheer een wildarena. Dat is een robuuste maar fraaie houten constructie van waaruit je een open plek in de bossen bespiedt. In dit deel van de Veluwe wordt niet gejaagd, de dieren worden niet bijgevoerd (overigens met wat mais wel gelokt) en op het pad ernaartoe na, ontbreekt allerlei infrastructuur.
De Veluwse boswachters hebben het goed aangepakt. Eerst wandel je door een oud loofbos, met veel kromme beuken. Het is wat fotografen het gouden uur noemen. Je wordt er vanzelf al stil van. Wat valt er nog meer te zeggen dan dat dit héél mooi is?
De wildarena bereik je door een pad dat letterlijk uitgehouwen is in een ietwat ruïneus pinetum (een verzameling naaldbomen en coniferen). Er hangen hele dunne mistslierten tussen de bomen, geluid wordt er gedempt. Ik zie een joekel van een vliegenzwam. Die is de reis al waard.
Dan ga je zitten. Heel lang zitten. Dat is niet vervelend, integendeel. Al je zintuigen staan op scherp want je wil natuurlijk niks missen. Een eend die over het water scheert, wordt al een belevenis. En waarom ook niet. Daar ga je in het dagelijks leven heel makkelijk aan voorbij. Hier krijgt iets zo eenvoudigs, schoonheid en betekenis. Vlak voordat de schemer overgaat in echte duisternis laten vijf edelherten zich zien. Dat vergeet je nooit meer.
Vanuit de arena heeft de natuur iets sacraals. Dat komt natuurlijk ook doordat je de plek bereikt na een stille tocht, een processie haast. Herman Pleij noemde een paar weken terug de Veluwe een groot uitgevallen kerststukje. Dat is heel grappig. Maar heeft ook iets van een ouwe jongen die niet verder komt dan het zure “En dan: wat is natuur nog in dit land? / Een stukje bos, ter grootte van een krant…”
Ik zal de metafoor niet te ver doorvoeren – met de zitplaatsen in de arena als kerkbanken – maar de bosweide waar je op uitkijkt, ja dat is een sanctuarium.
De foto van het jonge edelhert is van ‘wilderniscollega’ Aaldrik Pot, die de plek een week voor mij bezocht. Hij vermeldt er wel bij dat hij normaal veel betere foto’s maakt. En dat klopt.
geef een reactie
Nancy Wielenga
“Een eend die over het water scheert, wordt al een belevenis. En waarom ook niet.”
Prachtig verwoord en helemaal raak!
Monique Zondag
Mooie blog Marcel, zo ervaar ik zelf die plek ook altijd, wild of geen wild!