Het Vivarium van Mark Dion
In de tentoonstelling van Mark Dion in Museum Het Domein zijn tal van opstellingen te zien die we lijken te kennen van de rariteitenkabinetten uit de zestiende en zeventiende eeuw. Een tijd waarin wetenschappelijke interesse voor de natuur hand in hand ging met verwondering over de vormenrijkdom van de schepping. Wat Dion ons voortdurend voorhoudt is, hoe mooi en overzichtelijk die presentaties ook zijn, ze vormen geen objectieve weergave van de werkelijkheid.
Met Nietzsche lijkt Dion te zeggen: “Alle wetmatigheid, die ons in de beweging van de sterren en in chemische processen zo imponeert, valt in de grond van de zaak samen met die eigenschappen die we zelf in de dingen aanbrengen, zodat we onszelf ermee imponeren.”
Verder concludeert Nietzsche dat al die onderscheiden wetmatigheden niet alleen slechts naar elkaar verwijzen, maar ook dat ze ‘ons naar hun aard door en door duister zijn’.
Daaruit kun je redelijk deprimerend destilleren dat we met z’n allen maar wat in het donker staren. Of je laat je zekerheden varen en de wereld opent zich voor jouw verwondering. Dat gebeurde Dion ook regelmatig. Al sinds zijn studententijd (hij deed kunstacademie en studeerde biologie) bezocht hij regenwouden in Midden Amerika.
Hij zegt: “ I became very concerned with the natural and cultural problems around tropical ecology. On my first visit to a tropical rainforest, I was overwhelmed by its complexity and beauty. The alienness of the jungle, its awesome vitality – I was so impressed. I remember taking a shit during a hike in the bush and having titanic dung beetles and a dozen different flying insects descending down on it before I could get my pants up. What a place!”
In Het Domein is een geweldige documentaire te zien over een kunstwerk dat Dion in het Olympic Sculpture Park in Seatttle maakte. In dit beeldenpark, waar grote namen als Claes Oldenburg. Richard Serra en Louise Bourgeois te zien zijn, bouwde Dion een 24 meter lange kas, het Vivarium. Daarin plaatste hij de stam van een boom (een Westerse Hemlock, uit de dennenfamilie) die in een storm was omgevallen.
Dion en zijn team zorgden ervoor dat bij het weghalen van de stam uit het bos, de grond rond de wortels meegenomen werd, net als alle mossen, varens, schimmels, insecten, paddenstoelen en (lege) vogelnesten.
De kas waarin hij werd geïnstalleerd is voorzien van klimaatbeheersing zodat de natuurlijke situatie zo goed mogelijk nagebootst kan worden. Het Vivarium laat heel mooi zien wat elke Staatsbosbeheerder weet: Dood hout leeft! De boom transformeert voortdurend en het blijkt dat het publiek het prachtig vindt om die veranderingen te komen bekijken.
Dion zelf is ‘in awe’ en hij zegt ‘zelfs met al ons geld en al onze techniek krijgen we ’t niet terug als we zo’n systeem vernielen’. Tegenover de boom heeft hij de namen aangebracht van grote natuuronderzoekers. Hoeveel respect ik ook heb voor hun werk, dat blijft toch een beetje doods ten overstaan van de levende natuur.
geef een reactie