Yo! A tale of two Cooks
Staatsbosbeheer kijkt regelmatig over de grenzen van de eigen terreinen. De natuur houdt daar immers niet op, die gaat door bij collegabeheerders, boeren en particulieren in Nederland, Europa en ja, eigenlijk in de hele wereld: er is één natuur.
Een kijkje nemen bij een andere cultuur maakt het palet aan betekenissen van de natuur nog rijker. Geen zorgen, dat doen we niet door snoepreisjes te maken naar exotische oorden. Wie iets over bijvoorbeeld Indianen wil weten kan gewoon naar Museum Volkenkunde in Leiden. Daar loopt nu de tentoonstelling ‘Het verhaal van de totempaal’ die inzoomt op de cultuur van de Indianen van de Amerikaanse Noordwest kust, van Alaska tot het Noorden van Californië.
Op de tentoonstelling wordt veel meer uitgelegd dan ik hier in kort bestek kan weergeven, dus ga vooral kijken! Enorme wanden worden er gevuld met projecties van het landschap waarin de Indianen wonen. Dat helpt je om je in te leven en te beseffen hoe de natuur voor hen óók een bezielde wereld is.
Sommige wezens, zoals de mythologische Raaf kunnen reizen tussen onze wereld en de Onderwereld. Daar stal Raaf ooit de zon zodat die aan de hemel kon staan. Als gevolg van zijn daad verbrandde hij en kreeg hij zijn zwarte kleur. Raaf is een helper en een trickster, een wezen dat streken uithaalt. Die kunnen goed of slecht uitpakken voor ons maar Raafs handelingen houden in ieder geval de schepping in beweging.
Raaf is overal op de tentoonstelling. Ik zag een hele mooie sjamaanrammelaar met aan een kant een raaf en aan de andere kant een gezicht opgebouwd uit vogelfiguren. De sjamaan speelde een belangrijke rol in de Indianencultuur omdat hij in contact kan treden met de bovennatuurlijke (of Andere) wereld. Vogels helpen hem daarbij en Raaf, die ‘kent de weg’.
De rammelaar is verzameld in 1778 tijdens een ontdekkingsreis van James Cook. Hij hield zich ondermeer bezig met door de Britse kolonisator zeer gewaarde cartografische opnemingen. In de Indianenhuizen vond hij vooral “filth and confusion” en in hun houtsnijwerk zag hij “a truly monstrous figure”. In het kielzog van Cooks exploraties volgde meestal verdere kolonisatie die hele culturen om zeep hielp en de oorspronkelijke landschappen ruïneerde. De gevolgen daarvan werken tot op de dag van vandaag door. Leiden gaat dat treurige feit niet uit de weg. Er is een filmpje te zien waarin clanhoofd Sidney Crosby zegt: “Come and see what we are trying to fight for, to save, so that the people from around the world can still come to a place and eat of the ocean and walk trough the big timbers, which few we still have.”
De grootste attractie in Leiden is de enorme totempaal (acht meter) die special gemaakt is voor het museum door een meesterhoutsnijder van de Kwakwaka’wakw: Rande Cook.
Daar zie ik enige poetic justice in, dat een Cook nu de Indianencultuur vertegenwoordigt. In zijn taal, het Kwak’wala betekent yo! trouwens gewoon ‘hallo!’ Dat las ik op de kinderpagina van het gratis krantje bij de tentoonstelling. Goed hoor van het museum, komen we eindelijk van dat ‘oef’ af.
geef een reactie
Indianen in De Nieuwe Kerk | BuitenPlaatsen
[…] ik, in Nederland in één jaar tijd zoveel aandacht geweest voor de Indianen van Noord Amerika. Na Museum Volkenkunde in Leiden is het nu de beurt aan De Nieuwe Kerk in Amsterdam. Daar is de tentoonstelling Indianen, […]