Gegijzeld door een merel
“Merels houden van regen, versnipperde landschappen, zachte winters en stedelijk gebied.” Zo begint de tekst onder het lemma Merel in de laatste editie van de Atlas van de Nederlandse Broedvogels. Ik geloof het onmiddellijk. In mijn stadstuintje (nog geen twaalf vierkante meter) heeft in april een merelpaar een nest gemaakt.
Als locatie koos het stel de Japanse kamperfoelie. Goeie keuze, zou ik ook doen als merel: de in elkaar gestrengelde takken zijn al bijna een nest en boven je heb je een fijn afdak van bladeren. Alleen meneer en mevrouw Merel zijn toch een beetje buren waar je niet om hebt gevraagd. De troep die ze maken is spectaculair. Dat begint met het verzamelen van bouwmaterialen voor het nest.
Van mijn zorgvuldig opgebouwde composthoop was in geen tijd niks meer over. Letterlijk: de hoop was weg en alle koffieprut, uienschillen en tuinafval lag door de hele tuin verspreid. Dat benaderde ik de eerste keer heel positief. Een composthoop moet je eens in de zoveel tijd keren zodat het rottingsproces goed op gang blijft. Nou, dat was dus gebeurd door de merel. Ik harkte alles weer bij elkaar en maakte een nieuwe berg. Die is slechts enkele uren bestand geweest tegen het merelgeweld.
Je kunt dan niet anders besluiten dan de troep maar te laten – of je verjaagt de merel… Maar –en hier begint de gijzeling- dat wil je toch niet? Uiteindelijk laat je die beesten volledig hun gang gaan. Stiekem ook omdat je je wel een beetje gevleid voelt dat ze jouw tuin hebben uitgekozen. (Dat is volkomen misplaatst, dat zich gevleid voelen, de merel is een ordinaire allemansvriend).
Goed, er worden eieren gelegd, er wordt gebroed en op een ochtend is het geschreeuw niet van de lucht: de jongen zijn uit het ei. Dan wordt het menens. De composthoop (tijdens de rustige broedtijd weer opgebouwd) wordt nu fanatiek belaagd. Alles wat er aan zichtbaar leven huist, wordt naar het nest gevlogen, bekken vol wormen en ander wriemelend spul.
De kamperfoelie moet echter gesnoeid worden, hij heeft meterslange uitlopers die het gemanicuurde uiterlijk ruïneren. Maar dat kan nu niet, je wil die jonkies geen doodsangst bezorgen. Eigenlijk kom ik helemaal niet meer in hun buurt (dat wil zeggen buiten). Teruggedrongen in de keuken bekijk ik het vrije leventje van het merelgezin. Dit is gewoon Stockholmsyndroom.
Hoelang gaat dit duren? Tot mijn schrik meldt een Engelse site dat tot in augustus jongen in nesten worden aangetroffen. Augustus! Wat nou met die rijmelarij van mei en elk vogeltje een ei. Dat klopt wel maar in juni gewoon weer. En later nog een keer.
Ik ga voor vreedzame coëxistentie. Ik neem de tuin weer in, snoei en geef water en ze moeten er maar aan wennen. Het werkt. En wederzijds voordeel: geen slakkenvraat dit jaar. De slijmerds zijn geëindigd als mereldiner.
N.B. Ik weet dat dit een hele slechte foto is. Maar je wil de merelwoning ook niet belagen voor alleen een goede foto. Kwestie van nabuurschap.
geef een reactie
Mama Merel is een coole chick | BuitenPlaatsen
[…] maart 1633, eerste grondaankoop voor de buitenplaats) maar dit weekend gewoon natuur thuis. Mijn merels zijn terug! Voor het derde seizoen op rij. Nou ja, soort van. Vorig jaar hebben ze bij de buren […]
Hoe het afliep met de merel | BuitenPlaatsen
[…] jaar juni schreef ik over het merelpaar dat mijn tuin had ingenomen. Hoe is het hun vergaan? Nou, er is […]
Meta
ha, wij sluipen door de tuin om de mussenjongen niet te storen bij het eten (dat we zelf voor ze neerleggen)… ze hebben het goed voor elkaar die tuinvogels!
Katja
Vroeger hadden we een merel in de tuin die de keuken kwam binnenwandelen. Ik hoop voor je dat jouw merels straks niet ook nog bezit nemen van je huis.
Manon
Oh, ik ken dat gevoel! Er huisde heel lang een kleine spin in een hoek van de wc. Ik vond dat wel wat hebben… Nabuurschap, ja! Heeft best lang geduurd. Even groeten: dag spinnetje, en weer verder. Een huisvriend! Had alleen geen rekening gehouden met Bep, de poets. Die is van de fijne Franse slag, prima voor huisbedienden, maar die dag had ze er extra veel zin in. Weg spinnetje!
Manon
Ik bedoel niet huisbedienden (doe normaal!), maar huisvrienden!