www.boswachtersblog.nl/ Biesbosch

De Louisa- en Cannemanspolder ontwikkelt zich goed

6 november 2019 Boswachter Jacques van der Neut in Biesbosch

De Louisa- en Cannemanspolder (LCP) ligt ten zuiden van de Wieldrechtse Zeedijk op het Eiland van Dordrecht en grenst aan de zuidkant aan het bosgebied De Elzen. Beide terreinen werden lange tijd als agrarisch land gebruikt. Na de beplanting van De Elzen (1987), volgde in een later stadium (2009) de LCP.

De LCP is gehuld in stemmige herfstkleuren. (foto; Jacques van der Neut)

Beheer

In vergelijking met De Elzen, diende de LCP echter een open karakter te houden. Op enkele percelen werden struiken en bomen geplant en daar bleef het bij. Men groef er diverse poelen en bovendien werd er een wandelpadenstructuur aangelegd. Het beheer van het terrein lijkt op stuivertje wisselen. Vanaf de herinrichting voerde Staatsbosbeheer het beheer in het terrein uit, dat men vervolgens overhevelde naar de Vereniging Boer en Groen Dordrecht. In deze periode werd er een gazonbeheer uitgevoerd, hetgeen neer komt op veel maaibeurten in het groeiseizoen. Uiteindelijk kwam het beheer toch weer in handen van Staatsbosbeheer, die vanaf het begin minder maaiwerk uitvoerde, waarna zich geleidelijk in de LCP een enorme bloemenzee ontwikkelde.

Hondenuitlaatkaart

De Louisa- en Cannemanspolder (LCP) geniet grote bekendheid bij hondenliefhebbers, want de viervoeter mag in dit gebied los lopen. De gemeente Dordrecht heeft in samenwerking met het Parkschap Hollandse Biesbosch en Staatsbosbeheer, onlangs de hondenuitlaatkaart online gezet. Hier kunt u zien waar nog meer van dergelijke locaties zijn.

Wilde peen en citroengele honingklaver

De LCP op het Eiland van Dordrecht is eigendom van de provincie Zuid-Holland, Staatsbosbeheer voert er echter wel het beheer uit. In de loop van de tijd heeft dit gebied zich goed ontwikkeld. Door minder te maaien, ontstaat er in de zomermaanden een enorme bloemenzee. Het lijkt dan op een aangelegde heemtuin, maar de meeste soorten hebben zich er spontaan gevestigd. In de zomer voert wilde peen er de boventoon, afgewisseld met pastinaak, glad walstro, citroengele honingklaver en grote kaardenbol. In de omringende struwelen broeden tjiftjaf, fitis, grasmus en winterkoning. Sommige percelen worden gehooid en behouden daardoor hun open structuur. Een ideale plek om ‘biddende’ torenvalken en op de grond foeragerende groene spechten te zien.

Aankomende werkzaamheden

Voor de komende tijd staan er de nodige werkzaamheden op stapel.  “Ja, dat klopt” zegt Sjaak Vroom, boswachter beheer bij Staatsbosbeheer in de Biesbosch. “Er komen nieuwe banken en picknicksets bij. Er is bovendien nieuwe verharding aangebracht bij het Herdenkingsbos De Vlinder. Het wandelpad door het ‘Vlinderbos’ wordt verlengd langs de daar staande infopanelen. In het Herdenkingsbos De Vlinder worden twee nieuwe banken geplaatst. Deze worden door de stichting gesponsord. Ook knappen we het wandelpad aan de noordkant op.” Een mooie wolkenlucht hangt boven het landschap, waarin de bomen zich hullen in stemmige herfstkleuiren. “Begin 2020 willen we langs de Landbouwweg nog wat bomen en struweel planten. Hier moeten we wel rekening houden met het daar aanwezige tracé van de hoogspanningsmasten” besluit Vroom.

Naamgeving De Elzen

In het meest westelijke deel van Polder De Biesbsoch ligt het bosgebied De Elzen, een terrein met een oppervlakte van ongeveer 130 hectare. De Elzen werd in het kader van de Randstadgroenstructuur in 1989 en 1990 met bomen beplant. De naam van dit jonge bosgebied is zeker geen verwijzing naar de bewuste boomsoort. In het strakke polderlandschap liggen nog enkele oude, grillige oost-west verlopende kreken die hier “elzen” worden genoemd. Zo maken rivierkaarten melding van het Gat van de Noorderels, Gat van de Middenels en het Gat van de Zuiderels. De aanduiding “elzen” is kenmerkend voor het Eiland van Dordrecht en is daarmee een voor deze streek typerend toponiem. Polder De Biesbosch is een akkerbouwlandschap en ligt ten zuiden van Dordrecht. In de jaren twintig van de vorige eeuw is het gebied als landbouwontginning herwonnen op het water.

 

reageren

geef een reactie

  • Kees Groen
    12 november 2019 om 14:17

    Wat interessant dat de LCP vol staat met Citroengele honingklaver, Jacques. In het rivierengebied kom je bijna alleen de Goudgele (naast de Witte) tegen, met precies de soorten die je hier ook beschrijft. Ik ken de Citroengele in het Westen vooral van urbane en ruderale terreintjes, en langs de duinrand.

  • Cor van der Steen
    6 november 2019 om 19:18

    Ik hoop dat het gebied waar honden los mogen lopen niet verder wordt uitgebreid, ook niet in de winter. Immers het gebied tussen Sterrenburg en de Viersprong is al een enorm gebied waar dat wel mag. Genoeg is genoeg !

    • krina biever
      6 november 2019 om 21:57

      ben ik het helemaal mee eens Cor van der Steen, ik kom er vaak met hond, genieten!

    • Jacques van der Neut
      7 november 2019 om 10:21

      Beste Cor, Bedankt voor je reactie. Waren al de hondenliefhebbers maar zo…

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog